osuna trio - Festival Vlaanderen – Mechelen

Transcription

osuna trio - Festival Vlaanderen – Mechelen
DI 30 APRIL 2013
HUIS DE CLIPPEL
22:00
OSUNA TRIO
RAPHAËL DE COCK
chatkhan & zang
THOMAS BAETÉ
vedel & zang
E M R E G Ü LT E K I N
saz, Turkse luit & zang
KAFFEEKLASSIEK
Berceuse
Khakass Medley
Saltarello
Tierche Estampie Roiale
Güt Güt ou chanson
Sto Pake Sto Ksanaleo
Zeybek “Soguk kuyu zeybegi”
Meçkin Kamen
Frealause Men
Itpekov
Kongurei
Selam Olsun
Patxarano
Met dank aan brouwerij Het Anker en
Beiaarden en Torenuurwerken Michiels
DE VIJZEL
VA N O S U N A
:
MUZIEK IN DE MIX
“Meine Sprache versteht man durch die ganze Welt”, zei Haydn.
“Alle Menschen werden Brüder” — zo klonk het in Beethovens Negende.
Muziek als mortel, bindmiddel, lingua franca tussen mensen overal ter
wereld: een idee, misschien wel even oud als de muziek zelf. Aanstekelijke ritmes krijgen iedereen aan het dansen, en ook ver van huis blijken sommige melodieën hardnekkige oorwurmen. Hoe groot ook de
verschillen tussen tijden, culturen, instrumenten en repertoires: muziek
blijkt een taal die gebruikt en begrepen wordt over alle grenzen heen.
Een dankbare premisse voor een ensemble dat uiteenlopende muzikale
tradities wil verkennen en verbinden. En waar bijzondere kleuren worden
vermengd, komt een nog unieker palet tevoorschijn, zo blijkt.
Bij Osuna is de muzikale dialoog tot kunstvorm verheven. Daartoe vervlecht en versmelt het ensemble laatmiddeleeuwse kunstmuziek
met traditionele repertoires uit heel Europa, het Midden- en Verre
Oosten. Het startpunt en de voedingsbodem voor Osuna was de ontmoeting tussen Raphaël De Cock — meester op de chatkhan (citer uit
Chakassië, Zuid-Siberië) en de saz (Turkse luit) — en zijn leermeester
Emre Gültekin. Het bleek een gouden combinatie en het begin van een
gezamenlijk traject van instrumenten testen, klanken verkennen, muziek
aftasten en ontdekken hoe diverse muziektradities samen kunnen klinken.
De artistieke expeditie kreeg een avontuurlijk verlengstuk: de
musici togen naar Andalusië, op zoek naar de wortels van de flamenco,
en keerden terug met een extra ingrediënt voor hun muzikale mix. Van
daaruit ontstond het repertoire waarmee Osuna intussen concertpodia in
binnen- en buitenland aandoet — aanvankelijk als duo, vandaag als trio
met vedelspeler Thomas Baeté. Hij rekte het klankenlandschap verder
uit — niet zozeer in de ruimte, dan wel in de tijd: zijn middeleeuwse
instrumentarium bleek wonderlijke sonore overeenkomsten te vertonen
OSUNA TRIO
107
met vedels die vandaag nog gebruikt worden in Kazachstan, Kirgizië en
Tuva, met een eeuwenoud patine er overheen. De ontmoeting tussen de
musici van Osuna is uiteindelijk even cruciaal gebleken voor de vorming
van hun repertoire, als de muzikale bronnen, tradities en kruisbestuivingen die er de basis van uitmaken. Het resultaat is ook op het inhoudelijke
en speltechnische vlak een naadloos amalgaam van traditie en creatie, van
compositie en improvisatie, waarbij elke musicus z’n eigen inbreng heeft
en de ruimte krijgt om ‘zijn ding’ te doen.
Osuna’s unieke recept is inmiddels aan een eigen reis begonnen:
Myspace en Youtube verspreiden de muziek over de hele wereld, tot in
Zuid-Siberië, waar met veel interesse wordt gevolgd hoe lokale, traditionele instrumenten interageren met totaal andere klanken. In Mechelen
dient Osuna een menu op zoals het dat bij voorkeur serveert: een uitbundig gekruide mengeling van Estampie en Saltarello, Noorse sage en
Spaans drinklied. Aan frontman Raphaël De Cock de vraag wat hem bij
het doorkruisen van deze repertoires het meest intrigeert: de overeenkomsten, of de verschillen?
“Goh, ik denk eigenlijk niet in termen van ‘repertoires’, of andere
vakjes waarin mensen muziek proberen te stoppen. Voor mij zijn al die
klanken in de eerste plaats muziek, vanwaar ze ook komen. Of het nu om
een melodie uit Siberië, Turkije of van Sefardische oorsprong gaat: door
ze uit te voeren op onze instrumenten en met ons trio loopt er als vanzelf
een rode draad doorheen. Alsof ze eenzelfde basis deelt!”
Osuna begon als duo, maar is inmiddels een trio geworden: luit
en citer kregen het gezelschap van de vedels van Thomas Baeté.
Zijn er nog andere instrumenten die je graag zou integreren?
Wel, ik bezit sinds kort een Chinese citer of guqin: een instrumententype dat al meer dan 3000 jaar bestaat! Volgens een bepaalde
theorie zouden de Chinezen de guqin gebaseerd hebben op een snaarinstrument van nomadenvolkeren uit Centraal-Azië, dat ze aanpasten
aan hun eigen smaak. Dit is een instrument dat ik zeker binnen Osuna
zie passen, maar het valt nog af te wachten of Thomas en Emre mijn
enthousiasme delen [lacht]!
Jullie concerten zijn een combinatie van gecomponeerde en
geïmproviseerde muziek. Hoe belangrijk is het voor jullie
108
OSUNA TRIO
om los te komen van geschreven bronnen, en waarin ligt
de kracht van muziek-zonder-partituur?
Dat is voor mij een heel moeilijke en tegelijkertijd heel makkelijke
vraag: ik ben met dat soort muziek opgegroeid — voor mij is dit dus heel
gewoon. Ik kom uit de wereld van de traditionele muziek en ben niet
enkel lid van Osuna, maar ook van andere groepen waarin ik doedelzak
en fluiten bespeel; in dat opzicht heb ik een heel brede oriëntatie. Maar
naar het klassieke muziekidioom strekt die zich niet meteen uit: ik kan
zelfs geen partituren lezen! Improviseren, het spelen op gehoor, kunnen
interpreteren met een grote vrijheid in ornamentatie, de mogelijkheid
krijgen om te variëren: dat is essentieel voor mij. Binnen de traditionele
muziek is dat variëren net de kunst: iemand die steeds hetzelfde deuntje
speelt, wordt niet erg hoog ingeschat — ik vind dat zelf ook nogal saai,
want waar is dan het verhaal? Wij werken met melodische geraamten
waarbinnen je als uitvoerder min of meer kan doen wat je wil, zolang
de basis maar herkenbaar blijft. Die manier van musiceren is overal ter
wereld terug te vinden: van Scandinavië over Ierland tot in de flamenco!
Maar hoe komt jullie muziek dan precies tot stand?
Moeilijk te zeggen… alles gebeurt zo organisch! Het samenspelen
op een gezellig moment, voelen dat iets werkt en dat basisidee trachten te
behouden: zo begint het meestal. Ik zet bijvoorbeeld op mijn Siberische
citer een thema aan dat in die cultuur traditioneel wordt gebruikt bij het
vertellen van verhalen, van daaruit ontstaat een wisselwerking met Emre
op de Turkse luit en op een bepaald moment blijken wij een melodisch
tapijt te hebben geweven waarop Thomas solistisch kan improviseren. Als
hij weer terechtkomt bij het hoofdthema kunnen we ervoor kiezen om
dat luikje af te ronden en door te gaan naar een volgende sectie met ander
basismateriaal. Maar heel weinig daarvan ligt vast: soms spreken we wel
af welke melodie we gaan volgen, welke tegenstem we daarmee zullen
combineren etc. Maar het gaat bovenal om de magie van het muzikale
moment, het aanvoelen van elkaars verhaal, de verstandhouding die soms
met één enkele blik wordt overgebracht: nu ga ik iets doen — geven jullie
me de ruimte?
Is het dan niet lastig om zo’n spontane praxis, zulke momenten
van gestolde inspiratie tot een concertprogramma te smeden?
OSUNA TRIO
109
We hebben wel een lijstje met werken aan het Festival bezorgd,
maar dat was voor ons inderdaad heel moeilijk! Want misschien zijn er
onder onze recentste vondsten wel schitterende zaken, die we nog liever
zouden delen met het publiek… Waarschijnlijk is zo’n flexibele invulling
van een concertprogramma niet gebruikelijk in de klassieke muziek? Bij
Osuna doen de musici telkens wat anders; onze gemoedstoestand, onze
energie en onze verhalen verschillen immers elke keer weer — het is dus
zelfs niet evident om met vaste titels te werken, want wie weet of hetgeen
we uiteindelijk spelen nog onder diezelfde noemer te vatten is. Eigenlijk
blijft het voor onszelf ook altijd een beetje een verrassing wat er precies
op het podium zal gebeuren!
Oren open en kompas in de aanslag, dus.
Hartelijk dank voor dit gesprek!
Sofie Taes met dank aan
Raphaël De Cock en Thomas Baeté
OSUNA TRIO
Osuna Trio is het geesteskind van zanger Raphaël De Cock, gambist/vedelspeler Thomas Baeté en saz-specialist Emre Gültekin. De signatuur van het
ensemble mag dan Belgisch zijn, opzet en inhoud van de voorstellingen zijn
dat zeker niet: allerminst honkvast zijn deze musici, onderweg tussen tradities, repertoires en uitvoeringspraktijken uit alle tijden en werelddelen. Dat
levert unieke klanktapijten op, waarbij Anatolische snaren worden verweven
met Zuid-Siberische harpen en middeleeuwse Europese strijkinstrumenten. Er
wordt gemusiceerd met partituren op de pupiter — vaak traditionele bewerkingen, aangepast aan de triobezetting — maar ook zonder geheugensteuntjes
van welke aard dan ook: improvisatie en intuïtie krijgen evenveel speelterrein.
Het resultaat is een muzikale zijderoute met verrassende omwegen langs balkanritmen, Tuvaanse keelzangers, Turkse minstrelen, Centraal-Aziatische epiek,
Scandinavische ballades en eeuwenoude estampies.
110
OSUNA TRIO