Citroglycerine n° 105 - DS

2
Citroglycerine 105
Editora(a)l
p. 5
De lente is in aantocht
p. 6
Votez Citroën
p. 8
De zoektocht naar een DS Cabriolet
p. 14
Op bezoek bij Frederic
p. 18
le Jumble à Ronquières
p. 24
Revue de presse d’époque
p. 33
Te koop / a vendre
p. 44
3
Président / Voorzitter:
• Marc Stelleman – rue du Poirier 11 B – 7191 Ecaussines-Lalaing
Tél.: 067/33.04.87, gsm: 0477/72.34.71 / e-mail: [email protected]
Ondervoorzitter / Vice-Président:
• Paul Depoorter, Diksmuidse Heerweg 394, 8200 St.Andries-Brugge.
Tel.: 050/39.74.60, gsm: 0477/41 25 85 / e-mail: [email protected]
• Jean-Marc Ancion, Engreux 101, 6663 Mabompré.
Tél. : 061/ 50 30 93, gsm 0475/52.78.46 / e-mail: [email protected]
Secretaris / Secrétaire:
• Walther Apers, Savooistraat 128, 9600 Ronse.
[email protected] Tel.: 055/30.40.50, gsm: 0475/800.845
Redactie / Redaction Citroglycerine:
• Marc Roelandt, Rédacteur en chef / Hoofdredacteur
d’Overschielaan 29 - 1850 Grimbergen.
Tel. 02/269.86.48, gsm: 0472/903.908 / e-mail: [email protected]
• Leo Van de Velde, fotoredactie
Tel.: 0486 96 56 56 / e-mail: [email protected]
Ontwerp en opmaak / Création et mise en page:
• Leo Van de Velde
Tel.: 0486 96 56 56 / e-mail: [email protected]
Clubshop en Penningmeester / trésorier:
• Annie Verstraete, Veerstraat 8, 2240 Viersel
[email protected]
Tel.: 03/475.25.32, gsm: 0479/39.57.40 Website: www.dssmclub.be
• Vincent De Potter, webmaster, Oude Houtlei 142, 9000 Gent.
Tel.: 0476/31.87.29 / [email protected]
Technisch raadgever / Conseiller technique
• fr. Carl Dufays: Tél.: 071/52 21 34 ou gsm: 0479/202 602 / [email protected]
• nl. Gunter Temmerman: Tel.: 015/41 91 97 (‘s avonds) / [email protected]
Regionale verantwoordelijken / Responsables régionaux:
• Antwerpen: Günther Götzfried, 03/449 11 56 ([email protected])
• Brabant: Marc Roelandt, 02/269 86 48 ([email protected])
• Hainaut-Namur: Carl Dufays, 071/52 21 34
• Liège/Luxembourg : Jean-Marc Ancion, 061/50 30 93 ([email protected])
• Limburg: Jurgen Stelten, 011/66 28 50 ([email protected])
• Oost-Vlaanderen: Vincent De Potter, 0476/31.87.29 ([email protected])
• West-Vlaanderen: Paul Depoorter, 050/39 74 60 ([email protected])
Het jaarlijks lidgeld bedraagt 40 Euro, na 1 juli 20 Euro. Te storten op KBC rek.nr.: 738-1113031-75
van DS/SM Club Belgium. La contribution annuelle s’élève à 40 euros (20 euros dès le mois de juillet) à verser
au compte du KBC: 738-1113031-75 du DS/SM Club Belgium.
IBAN BE05 7381 1130 3175
BIC KREDBEBB
Overname van artikels toegestaan mits bronvermelding. De artikels in Citroglycerine verbinden slechts de schrijvers ervan.
Reproduction d’articles possible en mentionnant la source. Les articles dans le Citroglycerine n’engagent que leurs auteurs.
Wie doet wat / qui fait quoi spécifiquement?
Classic Car Insurance: Walther Apers ([email protected])
Réprésentati(e)ion FBVA : Marc Roelandt ([email protected])
Réprésentati(e)ion l’ABCC: Marc Roelandt ([email protected]) & Paul Depoorter ([email protected])
Registre/registratie Chapron: Vincent De Potter / De Potter Vincent ([email protected])
Registre/registratie SM: Marc Roelandt ([email protected]) & Annie Verstraete ([email protected])
4
Marc Stelleman
Editoriaal
Jullie voorzitter zweeft nog op een wolkje
op het ogenblik dat hij dit editioriaal
schrijft … inderdaad, ik kan niet anders
dan gelukkig zijn omdat de Jumble meer
dan 1000 personen en 500 auto’s heeft
samengebracht. En dat doet deugd wanneer
je tot de organisatieploeg behoort. Nog iets
dat mij bijzonder gelukkig maakt : op de
Jumble heeft de zoon van één van onze
oudste leden beslist zich ook lid te maken .
Stel je even voor: de DS blijkt dus ook de
twintigjarigen te kunnen verleiden. Voorwaar een mooi perspectief voor onze club !
In elk geval welkom aan Louis Faidherbe
en aan alle anderen die zich regelmatig bij
de club inschrijven.
Dan rest er mij nog een warme oproep te
doen om de organisatoren van de volgende
activiteiten te komen ondersteunen: de
beurs in Ciney tijdens het Pinksterweekend,
op 3 juni een rit in het Pajottenland, op
16 september een rit in de streek rond
Dinant, en natuurlijk, op 7 oktober de
mosselrit naar Terneuzen.
C’est un président qui se trouve encore sur
son petit nuage qui vous écrit l’éditorial.
En effet, comment pourrais-je ne pas être
heureux lorsque le Jumble de Ronquières
a accueilli plus de 1000 personnes et 500
voitures. Je vous assure que, lorsque l’on
fait partie de l’équipe d’organisation, ça
fait du bien. Mais je suis, aussi, sur mon
petit nuage car, suite à sa participation au
dit Jumble, le fils d’un de nos plus anciens
membres a décidé d’adhérer à notre club.
Vous vous rendez compte : la DS séduit
aussi des jeunes d’une vingtaine d’années.
N’est-ce pas là une belle perspective
d’avenir pour notre club ! En tous cas,
bienvenue à Louis Faidherbe ainsi qu’à tous
ceux qui nous rejoignent régulièrement.
Alle praktische info vinden jullie in dit
tijdschrift of bezorgen wij met de post.
Je ne voudrais pas terminer ce petit mot
sans vous encourager à venir soutenir
les organisateurs de nos prochaines
manifestations : la bourse de Ciney à la
Pentecôte, le 3 juin sortie dans le « Pajottenland », le 16 septembre sortie dans la région
de Dinant et, bien sûr, le 7 octobre pour les
moules à Terneuzen. Vous trouverez toutes
les informations pratiques dans ce numéro
ou par courrier, un peu plus tard.
Graag tot binnenkort, en nog veel leesplezier.
A très bientôt, j’espère, et bonne lecture.
5
De lente is in aantocht ...
Zeg nu zelf : kiezen tussen een weekend wassen, strijken,
poetsen…. of een weekend op stap met twee jonge,
mooie en één minder jonge, minder mooie man…. is niet
echt een keuze, nietwaar.
kan ik tactvol duidelijk maken dat ik “no way” hier zou
overnachten… Maar, ik had mij blijkbaar nodeloos zorgen
gemaakt…. Er werd niet in de handpalmen gespuwd, er was
geen “handjeklap” te horen, de koop werd niet gesloten.
Zo namen we na nog een kopje hartverwarmende koffie
afscheid van een ietwat teleurgestelde verkoper en gingen
bij nacht en ontij richting bewoonde wereld op zoek naar
een bed (een echt bed !!!) .
Eén van de mooie, jonge mannen had op het internet een
DS-break ontdekt. Na enkele dagen heen en weer geschrijf
en gebel was de break-koorts hevig toegeslagen en toen
de foto’s er ook nog veelbelovend uitzagen werden er
concrete plannen gesmeed want, er zat een klein addertje
onder het gras… de auto stond in Frankrijk, meerbepaald
nabij Toulouse…
We vonden niet alleen een bed, maar ook nog een leuk
restaurantje waar het eten lekker was en waar alle minen pluspunten van de auto nogmaals onder de loupe
genomen werden en toen we aan het dessert toe waren
was de potentiële koper onder ons volledig zeker dat zijn
beslissing de juiste was.
Dus, toen Walter de vraag kreeg om mee te gaan omdat twee
paar ogen meer zien dan één en, indien er daadwerkelijk
tot aankoop zou worden overgegaan, zij de auto ook gelijk
richting België wilden rijden, was ik er als de kippen bij om
als co-piloot dienst te doen. Om 7 uur op zaterdagmorgen
draaiden we de sleutel van de achterdeur een toer om en
gingen we op pad voor wat een leuk avontuur zou worden. “Onzen Tom” had berekend dat, als alles goed ging, we
nog voor donker onze bestemming zouden bereiken. Dat
was inderdaad wel belangrijk want volgens kenners is het
daglicht onontbeerlijk voor een grondige keuring van een
auto… en dan kon zondag de terugweg vóór dag en dauw
worden aangevat.
Wij oudjes gingen genieten van ons “echt” bedje terwijl de
jonge generatie nog een stapje in de wereld ging zetten.
Het ontbijt smaakte heerlijk en lekker uitgerust werd de
terugweg aangevat. Ik zie nog de verbaasde blik van de
hotelhouder toen één van ons met zijn wasmand de trap
afkwam…. (gezien de plannen om op de “camping” te
overnachten leek een wasmand een handig alternatief
voor een koffer of rugzak…). De terugrit verliep rustig en
zondagavond draaiden we de sleutel in de achterdeur weer
een toer terug.
Want we zouden er toch rekening moeten mee houden
dat met een DS die ettelijke jaren heeft stilgestaan er meer
“pitstops” dienden te worden voorzien dan op de heenreis
en dat een constante snelheid van zo’n 130 km per uur
ook niet haalbaar zou zijn. Over de overnachting moesten
we ons ook geen zorgen maken want mits we een warme
slaapzak zouden meebrengen, konden we ter plaatse
overnachten.
Ook het daaropvolgende weekend is van poetsen niet veel
in huis gekomen. Het werd ondertussen maart en gelijk met
de eerste lentekriebels dienen ook de beurskriebels zich
weer aan. Zijn we echt alweer een jaar verder ??
Vorig jaar hadden onze buren van het BOCC het idee
geopperd om mee te dingen naar de eerste prijs van
mooiste stand en daarom waren wij van mening dat we
hen daar het beste konden in steunen door onze stand zo
Eens de autostrade achter ons gelaten volgden nog
diverse dorpjes, bochten, weggetjes omhoog, weggetjes
omlaag…. Tot we op een gegeven moment, letterlijk
in the middle of nowhere, aan een bruggetje kwamen
waar kleurrijke vlagjes enige menselijke aanwezigheid
verraadden. Bestemming bereikt !! En ja hoor, daar stond
inderdaad een witte DS Break op ons te wachten. Terwijl
de aandacht van de mannen onmiddellijk naar de auto
uitging kreeg ik de gelegenheid om een beetje rond te
kijken. De locatie werd verondersteld een camping te zijn
en wellicht heb je in de zomer, bij mediterane temperaturen
genoeg aan een slaapzak onder de sterren, maar ik begon
mij toch wel serieuze vragen te stellen bij onze slaapplaats
voor de komende nacht. De temperatuur was ondertussen
gezakt tot enkele graden boven het vriespunt en het daglicht
maakte langzaam maar zeker plaats voor een vochtige,
koude nevel die geruisloos uit het niets neerdaalde.
Ik had de warmte van de auto weer opgezocht en terwijl
de DS aan een meer dan grondig onderzoek werd
onderworpen kon ik maar aan één ding denken: hoe
sober mogelijk te houden. Maar, wat heet sober, met de DS
ambulance van Eddy Wuyts en de SM van Marc Roelandt
om de show te stelen ….. Daar is op zich al niet veel opsmuk
6
Decor voor de editie van 2012 was het hellend vlak van
Ronquière met de wereldberoemde scheepsliften. Aan de
organisatie en de voorbereiding heeft het in ieder geval niet
gelegen, maar het spreekwoord indachtig dat één ongeluk
niet alleen komt kregen we die dag niet alleen af te rekenen
met een defect aan de “bak”, zodat de deelnemers niet aan
den lijve konden ondervinden hoe het voelt om over een
afstand van enkele honderd meter een hoogteverschil
van 80 meter te overbruggen, maar werd het gebeuren
bovendien op regelmatige tijdstippen overspoeld door
Aprilse Grillen in de letterlijke zin van het woord. Regen,
hagel, windvlagen en een temperatuur waar zelfs een
dikke winterjas niet tegen opgewassen was.
bij nodig ! Toen Eddy ook nog bereid was om tafel en
stoelen ter beschikking te stellen waren we het er unaniem
over eens dat het ons doel dit jaar zou zijn om het onze
bezoekers zo gezellig mogelijk te maken met een drankje
en een hapje erbij.
En achteraf gezien kunnen we met niet weinig trots
zeggen dat onze stoelen gedurende de drie dagen niet
veel leeg hebben gestaan. Zoveel leuke momenten, zoveel
“vaste gasten” die je soms slechts die ene keer per jaar
ziet, maar waar je telkens weer naar uitkijkt. Zo bvb twee
leden, eentje woont in Lier en eentje woont in Bouwel en
hebben dezelfde passie : Citroën DS ! Ze zijn al ...tig-jaren
lid van de club maar hebben mekaar nog nooit ontmoet.
Resultaat : die twee raken aan “ons tafeltje” aan de praat en
er ontstaat een geanimeerd gesprek dat, wanneer de beurs
haar deuren sluit, zelfs tot op de parking wordt verder
gezet. Prachtig toch !! Dat maakt het zo waardevol, zo de
moeite waard !!! Als er dan tegen zondagavond ook nog
enkele helpende handen van het verre Brugge komen
afgezakt komt de ware Citroën-spirit meer dan eens naar
boven.
Toch hebben we ervan genoten en willen we aan de
volledige ploeg van de organisatie nogmaals dank je wel
zeggen want er is niets zo moeilijk als iets organiseren
wanneer het weer zo volledig tegenzit.
Ondertussen zijn we weer een paar weken verder en laat de
lente nog steeds op zich wachten. We geraken stilaan door
onze voorraad vitamine D …
Mens en natuur hunkeren naar een zonnestraal en een
beetje warmte en in afwachting kijken we alvast vooruit en
zien alle komende activiteiten onder een stralende zon…
Rijden jullie ook mee op ontdekking door het Pajottenland ??
Gaan jullie een kijkje nemen op de beurs in Ciney ?? Zien we
jullie in Yorkshire in augustus ?? Op een uitgebreid verslag in ons volgend nummer kunt U alvast rekenen !!
Beste leden, graag nog even deze oproep : hebben jullie
een leuk idee voor een activiteit of een rit ? Willen jullie de
schoonheid van de streek waar jullie wonen met ons delen ??
Geef ons een seintje, dan maken we er samen een mooie
uitstap van of gaan we met jouw idee aan de slag.
Gezien er de weken na de beurs geen clubactiviteiten
meer op het programma stonden is mijn huis uiteindelijk
toch gepoetst geraakt, pikte ik een optreden van Kris De
Bruyne mee en gingen we naar de afscheidstournee van
De Nieuwe Snaar kijken. Ook Walter heeft niet stilgezeten
want op zijn schouders rustte de zware taak om onze SM
door de autokeuring te krijgen. Toen ik die vrijdagmiddag
een sms-je kreeg met “yes !!” wist ik dat ik ‘s avonds moest
tracteren op een etentje ipv het gebruikelijke “frietje van ’t
frituur”, wat ik met plezier voor mijn rekening nam.
Na een afwezigheid van twee jaar : in 2010 hadden het grote
evenement “Citroën Story” in Zolder en in 2011 het bezoek
aan de collectie van MAHYMOBILES te LEUZE-en-HAINAUT
voor alle Belgische clubs, was er dit jaar weer een “echte”
Jumble waar elke Citroën-liefhebber welkom is.
Zie je het wel zitten om jouw wagen een weekend uit te
lenen om op de stand van de beurs te staan ?? hebben jullie
in het eerste weekend van maart enkele uren vrij om mee
de stand in Antwerpen te bemannen ?? laat het ons weten,
alle aanbiedingen zijn van harte welkom !! Hoe graag we
het ook doen, het is veel leuker met jullie inbreng !
Tot de volgende, ik heb nog een afspraak met vier hippe
mannen : Mamertus, Pancratius, Servatius en Bonifatius
(nvdr de vier ijsheiligen !) en laat dan de zon maar komen… Annie
7
En 2012, votez Citroën
En ce début de printemps, Luc et moi décidons d’une
petite escapade à Paris, en compagnie de Xavier et
Michèle. City-trip classique s’il en est, au cours duquel
nous revisitons certains incontournables parisiens sans
oublier notre habituel passage obligé par un certain C42
sur les Champs-Elysées.
Avant (version limousine) de René Coty (Président de 1353
à 1959) à la C6 de l’actuel président Sarkozy, en passant
notamment par la DS19 de Charles de Gaules (Président
de 1959 à 1969), le public (re)découvre donc tous modèles
mythiques qui ont véhiculé des chefs d’états et par la
même occasion toute une série d’anecdotes, techniques ou
historiques, avec des photos et des vidéos d’archives.
A l’entrée, l’accueil des visiteurs est assuré par un garde
républicain plus vrai que nature, dans son très bel uniforme
(tous les samedis et durant les vacances de Pâques).
Tout commence donc en 1954 avec René Coty : deux
exemplaires de la Traction 15/6H Limousine sont fabriqués
pour le président, avec une suspension hydropneumatique
et un chauffage additionnel procurant un meilleur confort
pour les longs voyages.
Depuis le 9 mars et jusqu’à la mi-juin 2012, Citroën dévoile
donc sa nouvelle saison. Une fois de plus, la marque fait
fort en matière de publicité en adressant un très beau clin
d’œil décalé à l’actualité. En effet, alors que les français
seront bientôt appelés aux urnes, Citroën se lance dans
une campagne électorale peu banale en invitant le grand
public à élire son modèle préféré. Des isoloirs permettent,
comme lors de vraies élections, de participer au vote en
toute discrétion et de déposer ensuite ce vote dans une
urne. Au terme de cette manifestation, la voiture des chefs
d’état français la plus appréciée des concitoyens sera donc
élue démocratiquement.
Utilisateur de modèles Traction 11 et 15 CV dans les années
40-50, Charles De Gaules renouvelle sa confiance à la marque
lors du lancement de la DS et l’adopte immédiatement.
Pour répondre au souhait du président qui désire se lever
pour saluer la foule, Citroën équipe la DS du premier toit
en toile électrique, plié lors de l’arrivée du président dans
une ville.
En 1971, pour le nouveau véhicule présidentiel, Georges
Pompidou (Président de 1696 à 1974) commande une
version spécifique de la SM rallongée et découvrable,
réalisée par H. Chapron et dotée d’une boite de vitesses et
d’un système de refroidissement spécifiques permettant
D’autre part, le C42 profite également de cette période
pré-électorale pour proposer une superbe exposition
rétrospective des modèles présidentiels. De la Traction
8
de rouler au pas. Par la suite, cette voiture sera également
utilisée, lors des défilés, par Valéry Giscard d’Estaing
(Président de 1974 à 1981), François Mitterrand (Président
de 1981 à 1995) et Jacques Chirac (Président de 1995 à
2007).
En 1995, c’est dans sa propre Citroën CX Prestige que Jacques
Chirac effectue son premier trajet public, en quittant la
mairie de Paris au soir de son élection à la présidence. De
même, Michel Rocard et Edouard Balladur ont également
utilisé des CX Prestige blindées, appelées Haute Protection
et équipées d’un habitacle doublé d’acier et de kevlar, de
glaces de 40 mm, d’un plancher anti-grenade et de pneus
anti-crevaison.
L’histoire nous mène à l’actuelle C6, dévoilée pour la
première fois au grand public le 14/7/2005 lors du défilé
militaire sur les Champs Elysées. Elle transporte Jacques
Chirac alors président. Elle est le modèle utilisé pour
tous les voyages de Nicolas Sarkozy jusqu’au 14/7/2008
Aujourd’hui, elle est essentiellement utilisée pour ses
voyages en province.
chaque visiteur peut se glisser dans la peau d’un dirigeant
politique en se faisant photographier (grâce à un montage,
bien sûr) dans la SM présidentielle. Luc et moi ne résistons
pas à jouer le jeu.
Au dernier étage, à ne pas manquer, un tableau dédié à la
présentation de « L’Odyssée électrique » dont le départ a eu
lieu le 11 février à Stasbourg. Quatre-vingts ans jour pour
jour après l’arrivée à Pékin (12/2/1932) des autochenilles
de la « Croisière jaune », Citroën relève à nouveau un
véritable défi technologique, à savoir accomplir le premier
tour du monde en véhicule électrique de série.
Au chapitre des anecdotes liées à ces véhicules mythiques,
on apprend qu’en 1961, c’est à bord d’une DS 19 que
Charles de Gaules et le président américain John Fitzgerald
Kennedy remontent les Champs Elysées pour s’incliner
sur la tombe du soldat inconnu. Ou encore (pour ceux qui
l’ignoreraient) que c’est aussi probablement grâce à sa DS
que le grand Charles sort indemne de l’attentant du Petit
Clamart en 1962.
C’est ainsi que les deux jeunes ingénieurs aventuriers
Antonin Guy et Xavier Degon vont tenter de parcourir
Outre l’exposition des véhicules, une animation très ludique 25.000 km en 8 mois, en traversant 17 pays et en opérant
intitulée « Tous Présidents » rencontre beaucoup de succès : plus de 300 recharges de leur Citroën C-Zéro, auprès
9
d’habitants bienveillants qui accepteront de leur faire don
d’un peu d’électricité. Un projet un peu fou ayant pour
objectif premier de promouvoir, auprès du grand public,
l’utilisation du véhicule électrique. Pour tenir tous les
curieux en haleine jusqu’à la fin du périple, Citroën relaye
via sa page Facebook, tous les moments forts de cette
aventure. Rendez-vous en décembre, si tout va bien, pour
le bilan de ce périple.
Si vous passez par Paris d’ici la mi-juin, nous ne pouvons
que vous conseiller un détour par les Champs-Elysées, et
vous l’aurez compris, pas uniquement pour admirer les
boutiques de luxe !
Petite histoire d’un Le mercredi 11 avril, Marc S, Luc et moi avions rendezvous avec monsieur Stéphane Malevez, directeur
du Garage Citroën Mosan Motor à Dinant où est
actuellement conservé un superbe bijou qui ne devrait
pas tarder à trouver acquéreur, puisqu’il est en vente
depuis peu.
Il s’agit du Cabriolet DS21 appartenant à monsieur
André Crucifix et que certains d’entre nous ont déjà eu
l’occasion d’admirer. En effet, ce splendide cabriolet a
fait partie de notre stand lors de la bourse Rétromoteur
à Ciney (2005 ?) lorsque nous exposions encore dans le
hall situé en haut du site.
Luc et Myriam
Et si vous avez bonne mémoire, monsieur Crucifix avait
également participé à la manifestation organisée à
Chevetogne pour les 20 ans du Club. Nous avions fait
une balade dans les environs, avec une halte dans le petit
village de Foy-Notre-Dame, sur les hauteurs de Dinant,
où nous avions pu visiter « l’église monumentale » et
prendre un verre sous un magnifique marronnier. Après
cette pause-détente, monsieur Crucifix avait même
eu la gentillesse de prendre à son bord certains de nos
jeunes membres (Simon, Guillaume, Lucas et Cécile si
mes souvenirs sont bons), qui étaient, faut-il le préciser,
très fiers de s’y installer pour quelques kilomètres.
Veuf depuis quelques années déjà, monsieur Crucifix
connaît malheureusement d’importants problèmes de
santé. Après de nombreuses hésitations, il a finalement
décidé de se séparer de ce véhicule, en espérant trouver
un acquéreur passionné, ce dont nous ne doutons pas. Cette décision reste cependant assez douloureuse ; c’est
la raison pour laquelle la famille Crucifix a demandé à
monsieur Malevez de se charger de cette vente.
Pour la petite histoire, ce cabriolet a été vendu pour la
première fois en Belgique ; il porte donc un numéro de
châssis belge. Monsieur Crucifix a acheté ce véhicule
dans les années ’80 dans un garage de la région
namuroise et n’a pas tardé à le restaurer.
Pour la peinture, il a opté pour un gris très clair (je
ne possède pas la référence exacte) mais sa couleur
d’origine était un gris légèrement plus foncé, comme
le prouve encore le tableau de bord qui lui, n’a pas été
restauré (mais là non plus, je ne connais pas la référence
étant donné que je n’ai pas pu voir la pastille). Pour
le reste, la voiture est conforme à l’origine, même si
quelques accessoires récents ont été ajoutés comme,
par exemple, une liseuse, une radio (ancienne mais
datant d’après 1967), une antenne intérieure pour la
radio ainsi qu’un baffle.
La restauration réalisée par monsieur Crucifix date donc
maintenant de plus de 30 ans et le véhicule présente
par conséquent quelques petits défauts. Il manque
notamment un cabochon rouge sur le témoin de
10
cabriolet… à vendre.
charge de batterie, ainsi qu’un peu de
peinture sur l’avant
du capot, la clé de
contact tourne dans
son emplacement, et
quelques griffes sont
apparentes sur l’aile
avant gauche.
D’autre part, l’intérieur
cuir est, par endroits,
déchiré. Cette sellerie
est,
selon
nous,
d’origine (nous n’avons
pas pu en avoir la
confirmation lors de
notre visite) et cette
usure nous semble
donc assez normale.
La capote quant à elle
est en excellent état
et ne présente aucune
déchirure. Les années
l’ont tout simplement
un peu ternie mais un petit coup de produit
rénovant lui rendra très rapidement tout son
éclat d’antan.
Le véhicule a été entretenu régulièrement et
il roule encore occasionnellement, car il est
tout à tour exposé dans l’un ou l’autre showroom du groupe Crucifix (Dinant, Florennes,
Bièvre …).
Pour être précis, le cabriolet a été immatriculé
le 17 mars 1967 et porte le numéro de châssis
7104321. Et pour l’anecdote, la DS Prestige
de notre Président l’a été une semaine plus
tard, à savoir le 24 mars 1967 avec le numéro
7104324 !!! C’est évident, ces deux véhicules
se sont côtoyés dans les ateliers de Chapron.
Ca serait donc merveilleux s’ils pouvaient se
retrouver au sein de notre club ! Alors, avis
aux amateurs…… le cabriolet est à vendre et
les offres de prix peuvent être transmises à
monsieur Malevez au garage Mosan Motor,
rue Saint Jacques 329 à 5500 Dinant (tél :
082/22.34.56)
Avec un peu de chance, si la vente tarde à se
concrétiser, vous pourrez peut-être encore
admirer ce cabriolet puisque nous vous
fixons d’ores et déjà rendez-vous dans ce même garage
le dimanche 16 septembre pour le départ de notre
balade « Les Sept Meuses ».
Luc et Myriam
11
CitroMobile 2012
De beurs CitroMobile is zoals bekend verhuisd van de
Veemarkthallen in Utrecht naar de Expo Haarlemmermeer, zeg
maar onder de startbaan van de luchthaven Schiphol.
Het thema voor dit jaar gekozen was Citroën en verjonging.
In de inkomhal waren voor de cverandering eens alle zescylindermodellen ooit door Citroën geproduceerd, op een rij gezet.
Bij de standjes van de nederlandse clubs was een nieuwkomer : het
Citroën C6 genootschap !
Op de stand van de SM Club Nederland ook enkele nieuwigheden :
een SM uitgerust met een injectiesysteem gebaseerd op dit van de
CX Gti, en het werkt !
Omdat het grote reservewiel zoveel plaats inneemt in de koffer, een
thuiskomertje (enkel achteraan te gebruiken) met een band 105/70
x 14, in plaats van 205/70 x 15. Dit wil ik eens gemonteerd zien, het
zal geen zicht zijn onder de SM.
12
Thuiskomertje voor SM
En verder de speciaal voor deze beurs gemaakte showvoertuigen : een 2 PK met zes deuren (drie aan elke kant,
mag het iets méér zijn ?) en een CX Break met daarin een
discobar, en daarrond een salon met enkel CX zetels.
Mijn indruk is dat er minder volk rondliep op zaterdag en
dat er steeds minder handelaars met occasiestukken staan.
Marc
Voor de liefhebbers van de traction avant, stond er een
vooroorlogse 11 Commerciale, prachtig gerestaureerd.
Voor wie een DS cabriolet zoekt te restaureren, is er ook
voldoende aanbod in nieuw gemaakt plaatwerk – naar de
prijzen heb ik niet durven vragen.
HY-ijsje
AMI 8
Vooroorlogse
Commerciale
Discobar Galaxy
Mag het iets meer zijn?
SM nachtmerrie
13
De zoektocht naar de ‘Heilige Graal’ !
De zoektocht naar de heilige Graal
startte in 2010, wanneer we beslisten
om een open Déesse naast de Diva
(SM-072) te willen rijden. Zo gezegd,
zo gedaan. Maar de opdracht leek
niet simpel: hoge vraagprijzen, verre
afstanden, matige conditie van de
open godinnen temperden een
beetje de geestdrift.
Voor een aankoop van een fabriekscabrio DS moet je je tijd nemen, een
aantal auto’s gaan zien, en vooral een
communicatie opbouwen met de
Chapron specialisten terzake !
Gezien de waarde van de auto’s, gebeuren er allerhande vreemde zaken
zoals ombouwen van berlines naar
cabrio’s, omkatten van chassisnummers ( wat de hoge waarde van de
documenten van een wrak-cabrio
verklaart !), pure replica’s enzovoort.
Persoonlijk heb ik niets tegen replica’s,
wanneer de eigenaar die haar aanbiedt , er ook eerlijk durft voor uit te
komen.
verwijderd was geweest. Voor de rest
was de auto omgebouwd naar LHM
en van halfautomaat naar handgeschakeld. Dit leek me dan ook weer
een mogelijke ombouw van een
Tot ik begin 2011 in contact kwam berline chassis naar een cabriolet.
met een Nederlander die een DS 19 Maar de auto was voor de rest in
Décapotable van 1963 te koop aan- een (optisch) mooie staat, en een verbood, de auto zag er blijkbaar mooi leidelijke kleuren-combinatie buiten/
en origineel uit en gerestaureerd binnen.
in Italië. Ann en ik zijn de auto dan
gaan bekijken in Nederland waar we Naar de prijs toe kwamen we korter
ontzettend leuk zijn ontvangen. De bij elkaar, en zou er wel een akkoord
auto stond bij een handelaar die een ingezeten hebben, maar toch bleef ik
charmant stulpje had, we waanden me teveel vragen stellen omtrent de
ons zo in de Provence!
afkomst, historiek, staat, ...
De auto echter had een dubieuze historiek, het chassisnummer was wel
van een Cabriolet-usine , doch het
coquenummer, wat van het allergrootste belang is bij een cabriolet, ontbrak
gewoon. Je kon zien dat het plaatje
14
Daardoor heb ik de historiek van de
auto nagetrokken bij de voormalige
eigenaars in Engeland en Italië. De
laatste Engelse eigenaar heeft de
auto in Italië gekocht als een 100%
Chapron, en de auto verder opge-
waardeerd. Ik heb van hem zelfs een
kopij van ale facturen gekregen als
bewijs, alsmede oude en recente foto’s
van de open godin. De auto is ver-
kocht geweest als 100% Chapron via
een gekende veilingsite in London.
Je zou denken dat zo’n gereputeerde
veiling-huizen de historiek van een
voertuig toch zouden natrekken? Blijkbaar toch niet altijd zo konsekwent.
Dan maar een officiële taxateur aangesteld uit Nederland, écht gespecializeerd in open godinnen. Dat was
blijkbaar een goede zet, want het
taxatierapport wat volgde was gewoonweg desastreus. Hiena neem ik
een aantal zaken letterlijk over uit het
rapport :
1. Uitgevoerd als tweedeurs vierzits
cabriolet in staal, met aluminium
motorkap en kunsstof kofferdeksel.
Vertoont plaatselijk sterke roestinwerking en is op diverse plaatsen
doorgeroest en op matige wijze
hersteld. De portieren vertonen niet de
juiste pasvorm zijn ingescheurd en de
naden wijken. De portierhuidplaten
laten aan de onderzijde los en vertonen
sterke roest inwerking. De A-stijl is
plaatselijk op matige wijze gerepareerd.
De waterbakken (waar de cabriokap in
ligt) vertonen sterke roestinwerking en
zijn plaatselijk doorgeroest.
wijze uitgevoerde restauratie zijn op
vele plaatsen zichtbaar. De achterstootrubbers
(vierkant)
zijn
verteerd.
5. Al met al een automobiel die weliswaar vanwege zijn design en populariteit
zelfs in deze matige staat nog een
redelijke waarde vertegenwoordigt.
3. Enige olie lekkage zowel van het
hydraulisch syteem als van de motor is
waarneembaar. De lekzakken achter
zijn gescheurd. De scharnierende
remleidingen achter zijn vervangen
door slangen welke te strak staan. De
veerbollen zijn vernieuwd en vervangen
door niet deelbare bollen (CX).
Om de auto in een behoorlijke rijdbare en technische staat te krijgen zijn
direct en in de nabije toekomst zeer
hoge kosten noodzakelijk.
4. Dit type is als kenmerkend stijlicoon
zeer gewild. De historie en originaliteit
van deze auto is niet vast te stellen
het ingeslagen chassisnummer is niet
origineel en zowel het coque nr plaatje
als het constructeursnummerplaatje
ontbreekt.
2. Is rechtsachter ten gevolge van
schade vervormd en op matige wijze
hersteld. De bodem en langsbalken
(longerons)zijn plaatselijk doorgeroest.
Sporen van een oudere op matige
15
Negatief is het onbreken van de juiste
gegeven voor indentificatie zodat een
“Attestation de date” oftewel het geboorte bewijs niet verkrijbaar is. De
waarde zal hierdoor altijd lager zijn
dan eenzelfde voiture met duidelijke
Historie.
De beslissing was, na het doorlezen
van het rapport snel genomen: NIET
KOPEN.
Enigzins was ik ontgoocheld om de
gemiste kans, anderzijds tevreden
om géén miskoop te hebben gedaan.
Het bewijst nog maar eens hoezeer je
moet opletten met DS cabrio’s.
Daar was ik dan toch even van onder
de indruk, ..., zo zie je maar , een optisch mooie cabrio kan onderhuids geheel naar de vaantjes zijn. Een goede
les !
De maanden verstreken, en ik kwam
in contact met een Portugese gentleman van 74 jaar die een DS 19 Chapron
te koop aanbood. De man had in de
vele jaren een ongelooflijke collectie
van 300 auto’s verzameld en deed dit
met veel passie samen met zijn zoon.
Doch het noodlot sloeg toe en de zoon
verongelukte in een auto-ongeval op
24 jarige leeftijd. Daardoor verloor de
vader zijn drive en zin om de collectie nog verder te zetten, dus besloot
hij een groot deel ervan te verkopen.
Dat was de reden dat hij nu de DS 19
Cabriolet-usine 1961 te koop aanbood. Hiernaast staat een kopij van het
eerste bericht dat ik van de eigenaar
verkreeg:
Véélbelovend !
Na wat uitwisselen van informatie
tussen de eigenaar en mezelf, tussen
Vincent De Potter en Michel Coenen
van de ID/DS Club Nederland, besluit ik
af te reizen naar Lissabon- Portugal om
de eigenaar en zijn auto te ontmoeten.
I am really excited !
De DS Cabriolet is een vroege 1961 en
Aangekomen in Lissabon blijkt de eiin de fantastische Chapron kleur ‘Vert
genaar een echte Portugese gentleForêt’ gespoten. Het is blijkbaar één
man te zijn, een rustige, serene en
van de oudste Cabriolet-usine gezien
charmante man, een beetje bedroefd
het coquenummer, en met echt specidoor het wegvallen van zijn zoon.
fieke ‘vroege’ kenmerken zoals, achteruitkijkspiegel bovenaan de dakrand,
Ik werd zowaar aan de luchthaven
geen rubber op rempedaal, geen
afgehaald door deze wondermooie
kaartenbakken op de deuren, geen
godin : ik was meteen verkocht.
rubbers tussen voorschermen en
Na een ritje van een 20 km, werd de
bumper, chromé profiel tussen dashauto op de brug geplaatst voor een
board en verluchtingsrooster links,
grondige inspectie, ook van de balken
afdichting zijkant van de kap middels
en holle ruimten. Op aanraden van
drukknoppen zoals de twee voorserieMichel Coenen wordt ook een binnencabriolets, gladde afdekplaten op inzijpaneel verwijderd om de staat van
stapdorpels, enz.
de brugstukken en onderliggende te
kunnen controleren: dit alles ziet er
Dit maakt meteen de auto héél specivoortreffelijk uit. Blijkbaar heeft deze
fiek en speciaal.
16
Portugese schone niet veel in de regen
gereden, en is het Portugese klimaat
véél milder voor zulk soort auto’s.
De koop wordt gesloten en het transport en de verzekering naar België
geregeld.
Zielsgelukkig en fier keer in naar België
terug in blijde verwachting van deze
mooie Portugese schone. Ondertussen blijkt via de Chapron coördinator
dat deze cabriolet de oudste gekende
cabriolet is, met haar coquenummer
0013.000015.
Inderdaad, ik wist al dat deze cabrio
de eerste cabrio was die geëxporteerd werd, maar de oudste gekende
Cabriolet-usine, nou... dat is weer
iets héél speciaals Het conservatoire
meldt mij dat het voertuig klaar was
voor levering aan de klant per 23
december 1960, dus nog ruim voor
de officiële lanceerdatum van de DS
Cabriolet op 15 februari 1961. Dat
moet de reden zijn waarom deze
auto nog specifieke kenmerken vertoont van de préserie-modellen.
Onder-tussen staat de DS Cabriolet
goed en wel in de garage, klaar om
door ons ontdekt en verwend te
worden.
auto geworden.
Rendez-vous op een mooie zonnige
zondag van de DS/SM Club.
Het is inderdaad een mooie en speciale
Ann & Eddy Muyldermans
17
Met dank aan Vincent De Potter en
Michel Coenen.
Op bezoek bij Frederic Van Cauwenbergh
Om onze serie ‘Citroglycerine op bezoek bij ...’ verder
te zetten, werd het dringend tijd eens langs te gaan bij
ons clublid Frederic Van Cauwenbergh, die reeds zijn
bruine SM en zijn zwarte ID 1959 had uitgeleend voor de
clubstand op de Beurs in Antwerpen.
Wij hadden ook vernomen dat zijn DS cabriolet eindelijk
was afgeraakt, dus redenen genoeg voor Walter Bogaerts
en mij om een afspraakje te maken !
en dan maar in één ruk naar huis gereden, zeg maar 1100
km. Onderweg bij de doortocht van Lyon in de tunnel in
panne gestaan (overhitting door file) en wat uitlaatgassen
opgesnoven omdat de uitlaat onder de auto lek was, maar
dat moet je er bij nemen! Volgende hoofdstuk : de DSsen, en dat zijn er een pak !
De oudste is een restauratieproject, een DS uit april 1956,
waarschijnlijk de oudst gekende belgische DS in Vorst
gemonteerd.
Een aantal details moeten nog onderzocht worden om de
verschillen met een franse DS uit 1956 te onderzoeken. In
1956 werden er slechts 418 DSsen gemonteerd in Vorst, op
Voor het eigenlijke interview aan te vatten, besloten wij
eerst foto’s te gaan maken van de auto’s die verspreid staan
over twee garages. Bij vele auto’s kan je zo gewoon het
sleuteltje omdraaien en rijden maar, andere zijn al jaren
in zijn bezit en wachten op een grondige restauratiebeurt.
Dikwijls kon Frederic ons enkele leuke anecdotes vertellen,
en wees hij ons op de details bij de oudste types.
Verwacht van mij géén volledige opsomming, ik geef ze
liever in chronologische volgorde.
De eerste en oudste Citroën in de familie is een traction
avant 11 BL, door zijn grootoom gekocht en daarna door
zijn vader overgenomen. Een gewone zwarte traction, nog
steeds in zijn oorspronkelijke, gebruikte staat. En waarom
nog steeds in familiebezit ? Toen zijn vader in 1963 een DS
kocht bij garage Bal in Lier, wou deze laatste er slechts 1000
Frank voor geven ... veel te weinig dus, en zijn vader besloot
hem maar te houden.
De andere traction is ook een zwarte 11 B uit 1954, die
hij tegenkwam bij een carrossier in Perpignan, op zoek
naar wisselstukken voor de DS. De koop werd gesloten,
18
basis van een koets met mechaniek die uit Frankrijk kwam ;
hij heeft deze DS bij Othello in Zwitserland gekocht, maar
daarvoor jaren in Duitsland gestald in een schuur. De auto
is compleet, zwart van kleur met een wit dak en een ‘rouille’
jersey interieur (donkeroranje maar sterk verkleurd).
Dan komt een zwarte ID 1959, in de Frans/Zwitserse
grensstreek gekocht bij iemand die een kleine verzameling
van 45 auto’s had staan, en er volgens zijn vrouw enkele
te veel had! Koop gesloten, met nog een originele
BP straatbenzinepomp erbij. Deze wagen is op een
herschildering na, nog in zeer originele staat en rijklaar. In de meer gewone DS modellen heeft Frederic een voorkeur voor uitzonderingen in de reeks : een Familiale 20
met hydraulische versnellingsbak, vert argenté en groen
stoffen interieur, gekocht (in Parijs) omdat hij nu eenmaal
vier kinderen heeft.
En ook een zilveren Break 21 commerciale met hydraulische
versnellingsbak, te restaureren.
Een ander restauratieproject is een DS 23 Prestige injectie
met vijfbak uit 1974, met zwart lederen voorbank en
achterbank. Per toeval gekocht in 1987 reeds, omdat de
eigenaar vond dat hij te veel benzine zoop.
En dan ten slotte het paradepaardje : de DS 21 cabrioletusine uit 1965,netjes in donkerblauw Bleu Royal (AC 619)
herspoten, met crèmekleurig lederen interieur en een
Jaeger dashboard. Ook gekocht bij de DS-restaurateur
Othello in 2003, die haar beetje bij beetje heeft
gedemonteerd en mecanisch volledig in orde heeft
gebracht, omgebouwd van rode naar groene olie. Dit alles
gebeurde met de logistieke steun en technische kennis van
Csabi Mezolaki.
19
Het spuitwerk en de opbouw tot in de kleinste
details is in Nederland gebeurd ; dit kon enkel
met de deskundige hulp van Herm Kroon en de
“hofleverancier” van stukken Huub in ’t Zand.
Nu onze vingers kruisen en hopen dat we een
mooie zonnige zomer krijgen !
Na de inspectie van al deze fraaie modellen
hebben we nog een gezellige babbel
gehad tot na middernacht, en geanimeerde
discussies gevoerd over origineel of niet, de
waarde van replica cabriolets, koopjes die je
nog op beurzen kan doen, waar een krik voor
de cabriolet vinden. Voor zijn grote DS 1956
restauratieproject, kan Frederic rekenen op
het deskundige advies verstrekt door JanAlbert Bulder, hoofdverantwoordelijke van
het magazijn van de DS Club Nederland.
Tot afscheid haalde Frederic dé meest gezochte DS folder te voorschijn : de Delpire
cabriolet folder met foto’s van William Klein, en de twee wagens in de kleuren rouge
corail en gris impérial. Dat kon er niet aan ontbreken !
Marc
20
Een DS met vier stuurwielen
Op de Jumble in Ronquières was één van de meest gefotografeerde
voorwerpen, een DS cabriolet met vier stuurwielen … een autootje van
de kermismolen wel te verstaan !
Smederij De Boeck uit Baardegem was daar met een piccobello
gerestaureerde HY pick-up, met achterin de laadbak een DS cabriolet
kermismolenauto, vier zitplaatsen met vier stuurwielen. Aangezien de
kinderen steeds met dezelfde auto als hun papa wilden rijden, en er
geen ruzie mocht van komen wie achter het stuur zat, werden er gelijk
vier stuurwielen in geplaatst..
Dit exemplaar, met een nummerplaat die eindigt op 40 (département
des Landes) is een Monteilhet, genoemd naar een dorp in de Puy-enVelay. Het is een exemplaar uit plastiek, met chevrons op de voorzijde
en op de achterzijde.
Deze kermismolenauto’s volgden de evoluties zoals de gewone DS,
maar eentje met de derde neus is een zeldzaamheid. In de loop der
jaren werden ook verschillende wieldeksels gebruikt.
Marc
21
22
23
Citroën a vogué à Ronquières le 22 avril 2012.
de la journée pour découvrir le plan
incliné en ayant la possibilité de suivre
le très beau parcours intitulé « Un
bateau, une vie ». Cette exposition
permet d’approcher le monde de la
batellerie et de voir l’histoire et la
construction du plan incliné par le
biais d’un film. Ensuite, direction le sommet de la tour
à 150 mètres de haut, où un superbe
panorama s’offre aux visiteurs qui
ont ainsi une vue imprenable sur les
environs. Par beau temps, on peut
voir à une trentaine de kilomètres. Mais par beau temps seulement ! Les
nombreux nuages gris nous ont donc
empêchés de voir l’Atomium. Par
contre, nous avons pu découvrir les
fermes avoisinantes, les ascenseurs de
Strépy-Bracquegnies (que nous avions
déjà visités lors d’une précédente
sortie du Club) et même la butte du
Lion de Waterloo.
Pour organiser son Jumble 2012,
l’ABCC avait choisi le site du plan
incliné de Ronquières. C’est ainsi
que se sont trouvés réunis en un
même lieu un ouvrage technique
exceptionnel, des bateaux, des
voitures et ……de l’eau, beaucoup
d’eau, énormément d’eau, … et pas
seulement dans le canal.
En effet, en matière d’eau, y’a pas à dire,
nous avons été servis. Tout au long
de la journée, de véritables trombes
d’eau se sont abattues sur Ronquières,
amenant avec elles leurs lots de
grêlons et des bourrasques de vent à
décoiffer les bœufs ! Mais rien n’a pu
décourager les nombreux visiteurs
Les vitres de la tour, particulièrement
épaisses pour résister aux vents
violents à cette hauteur, ne facilitent
pas la tâche des photographes. Malgré
tout, beaucoup d’entre nous ont pris
quelques jolis clichés de ce panorama. Les parkings voitures, vus d’en haut,
ressemblaient à des vitrines pleines de
miniatures !
Après avoir eu le tournis en haut de
la tour, retour en bas pour une balade
en bateau. Le programme prévoyait le
franchissement du plan incliné mais
dès 10 heures, on nous annonçait
que les bacs étaient en panne. Nous
passionnés de doubles chevrons. Côté
avons donc eu droit à une agréable
chiffres (et sans confirmation officielle
balade, quoique très venteuse, dans
à l’heure où je rédige cet article), je
l’autre sens, vers l’écluse d’Ittre. Les
dirais que deux cents véhicules sont
moins frileux sont restés sur le pont
venus s’ajouter aux 300 pré-inscrits. du bateau, bien emmitouflés (certains
L’ABCC nous fournira probablement
ont pu admirer un très bel héron), les
ultérieurement des données précises.
autres sont restés à l’abri à l’intérieur.
Tous les véhicules Citroën étaient
En cours de journée, tout était prévu
donc les bienvenus sur le site. Les
pour se restaurer : des sandwiches, des
modernes rassemblés d’un côté du
saucisses grillées, ainsi qu’un délicieux
plan et les ancêtres de l’autre, répartis
buffet barbecue (sur réservation).
par modèle, que chacun avait tout le
Sous le grand chapiteau où se
temps d’admirer, entre deux averses ! dressaient tables et bancs, un
Sous un chapiteau, à l’abri de la pluie
orchestre
assurait
l’animation
battante, les nouvelles DS4 et DS5 ont
musicale, non loin des enfants qui se
également rencontré un beau succès.
faisaient maquiller. Dehors, d’autres
En plus de cette belle exposition de
enfants se défoulaient sur le château
véhicules, les participants ont profité
24
barrières et les tonnelles, préparer les
tickets, assurer l’accueil, le discours
…… sans oublier ceux et celles qui
ont participé aux diverses réunions
préparatoires. Merci à eux.
Enfin, pour conclure, je vous invite
à parcourir ci-après quelques lignes
retraçant l’histoire du canal et le
fonctionnement du plan incliné.
Histoire du canal
gonflable, jusqu’au moment où celuici n’a malheureusement plus résisté
aux rafales de vents. Les ados, jeunes et
moins jeunes, pouvaient, quant à eux, s’adonner à la simulation de conduite
sur un grand jeu électronique, installé
entre la DS4 et la DS5.
La journée s’est déroulée dans une
ambiance conviviale et familiale.
Et malgré une météo infernale, on
peut affirmer que le Jumble 2012
fut une très belle réussite. Le succès
de cette journée est aussi une très
belle récompense pour les nombreux
volontaires qui ont accompli un
travail de fourmis. En effet, ils étaient
présents sur le site dès le samedi, ainsi
que durant la journée du dimanche
et pour certains, le lundi matin pour
assurer toute la logistique : monter
(et démonter) le chapiteau, installer
(et ranger) les bancs, les chaises, les
C’est sous le règne de Philippe le
Bon, duc de Bourgogne (1396-1467)
que fut évoqué pour la première fois
l’aménagement d’une voie d’eau
pour desservir les cités hennuyères.
Mais c’est sous le règne de Guillaume
Ier d’Orange (1772-1843), avec
l’acheminement économique du
charbon, que cette belle idée va enfin
se concrétiser.
C’est en 1827 que débute la
construction du premier canal
Charleroi-Bruxelles, conçu par JeanBaptiste Vifquain. Inauguré en
1832, il relie Damprémy, sur la rive
gauche de la Sambre, au canal de
Willebroek, à Bruxelles, et compte 55
écluses. A l’époque, il est accessible
aux bateaux de 70 tonnes et devra
être adapté progressivement à des
tonnages de plus en plus importants.
Ces adaptations ont, bien entendu,
nécessité plusieurs tracés. Ce dernier
grand remaniement (1948-1968) a
donc conduit au tracé actuel du canal,
le quatrième, au gabarit européen de
1.350 tonnes. Long de 68 km, le canal
compte aujourd’hui 10 écluses et le
fameux plan incliné qui, ensemble,
rachètent 123 mètres de dénivellation. Le canal suit, entre autres, les vallées
de la Sennette, de la Samme et de la
Senne. Destiné à l’origine à desservir les
exploitations houillères, le canal
est désormais une voie de transit
vers la France, l’Allemagne et la
Hollande. Deux millions de tonnes
de marchandises y sont transportées
chaque année.
25
Le plan incliné
La mise en service du plan incliné date de 1968 et depuis, il reste une
curiosité technique jamais égalée, permettant de racheter une différence
de niveau de 68 mètre entre le bief inférieur et supérieur du canal
Charleroi-Bruxelles.
Long de 1431 mètres, il supporte deux énormes bacs métalliques de
91 mètres de long sur 12 mètres de large, dont la profondeur varie de
3 mètres à 3,70 mètres, pesant chacun environ 5600 tonnes. Ces bacs
peuvent transporter, comme expliqué ci-dessus, un bateau de 1350 tonnes ou quatre péniches de 300 tonnes.
Comme le dit un ouvrage de l’époque, ici, « les bateaux vont sur des
roulettes ». En effet, chaque bac est pourvu de 236 galets de roulement
et roule sur des chemins de roulement en béton. Le franchissement du
dénivelé par les bacs dure à peine trois quarts d’heure.
Le plan incliné permet à chaque péniche qui l’emprunte l’économie de 18 écluses et d’une journée de navigation.
Myriam
26
27
Une chanson drôlement nostalgique qui
s’avère être un hymne à la Citroën DS.
Cabor est un jeune français d’environ 35 ans, que nous devrions inviter à
l’une de nos prochaines sorties ! Il est infographiste de formation mais sa
passion c’est la musique. Auteur, compositeur et interprète, il a écrit une
chanson en hommage à la Citroën DS, que j’ai découverte (sur internet)
dans une émission intitulée « Vous avez du talent », diffusée sur une
chaîne de télé TNT de l’Ile-de-France : IDF1.
Je vous en livre ci-dessous les paroles. Dommage que le son ne puisse
pas encore être diffusé dans le Citroglycérine. Je n’ai pas encore trouvé
d’information quant à la disponibilité de ce cd dans le commerce.
Je vous invite à vous connecter sur internet pour découvrir le rythme très
agréable de cette chanson. Taper « cabor et sa DS » dans Google et vous
accéderez sans souci à la vidéo postée sur YouTube, ou copiez ce lien :
http://www.youtube.com/watch?feature=player_
detailpage&v=qYAxuOk1VZ8
« DS » composée et interprétée par Cabor.
J’aime ton corps Ô ma déesse, J’aime ton corps et puis tes fesses,
J’aime ton corps tout simplement, et ce jusqu’à la fin des temps.
J’aime ton corps Ô ma déesse, ton hydraulique et ta souplesse
J’aime ton corps évidemment, restons tous deux adolescents
Sur les routes de France, t’as mis tant de familles en transe
Elles avaient parfois mal au cœur, mais n’ont pas gardé de rancœur.
Simple coup d’accélérateur, on fait exploser ton compteur
Tu te la joues sport et peinard, même au passage du P’tit Clamart
J’aime ton corps Ô ma déesse, J’aime ton corps et puis tes fesses,
J’aime ton corps tout simplement, et ce jusqu’à la fin des temps.
J’aime ton corps Ô ma déesse, ton hydraulique et ta souplesse
J’aime ton corps évidemment, restons tous deux adolescents
Symbole de classe, de volupté, on t’a aimé toutes ces années
Tes adeptes et des détracteurs, en auraient serré leur moteur.
De temps en temps on t’croise encore, la nostalgie ça rend plus fort
Y’a qu’le pétrole qu’aura ta peau, on ressortira nos vieux vélos
J’aime ton corps Ô ma déesse, J’aime ton corps et puis tes fesses,
J’aime ton corps tout simplement, et ce jusqu’à la fin des temps,
J’aime ton corps Ô ma déesse, ton hydraulique et ta souplesse
J’aime ton corps évidemment, restons tous deux adolescents.
28
29
La BX a trente ans !
En 1982 au Salon de l’Automobile
de Paris, Citroën présente la BX. Elle
symbolise le devenir de la marque
qui joue son avenir avec cette
voiture? Heureusement le succes de
la BX sera éclatant.
Les études de la BX, dont le nom de
code est “XB” débutent à la fin des
années 70. Elle doit succéder aux GS
et GSA, en offrant une habitabilité
nettement supérieure.
Les premiers projets naissent en
juillet 1978 et un premier choix de
maquettes a lieu : des maquettes
présentées par le bureau de style
Citroën, mais aussi par la “Carrozeria
Bertone” sont mises en concurrence.
Si les projets du bureau de style
Citroën s’appuient sur la culture de la
marque au double chevron, ceux de
Bertone sont en rupture complète.
Ce sont les maquettes extérieures et
intérieures de Bertone que choisira
Xavier Karcher.
Le style très anguleux de la BX aussi
bien extérieur qu’intérieur veut attirer
une large clientèle. Techniquement,
c’est une Citroën. Traction avant,
suspension hydropneumatique,
freinage assisté haute pression,
quatre freins à disques, capot
avant et hayon arrière en matériau
synthétique signent du double
chevron cette nouvelle voiture. Elle
a meme faillie être équipée d’une
direction assistée électrique !
A ce moment la banque d’organes
instituée par Jean Paul Paraye devient
opérationnelle. Moteurs, boîtes
de vitesse, transmissions, et dans
une moindre mesure, elements de
soubassement, seront communs à
la BX et à la future 405.
La BX est lancée en octobre 1982,
au moment où le siège de Citroën
quitte défintivement Javel pour
Neuilly-sur-Seine. Pour son premier
millésime, deux motorisations sont
disponibles : le moteur 1360 cm³ de
30
72 ch emprunté à la Peugeot 104
pour les BX 14 E et RE, et un moteur
de 1580cm³ et 90 ch sur les BX 16 RS
et TRS. Ce dernier est le tout premier
de la grande famille des moteurs XU
qui équipe depuis cette date, nombre
de modèles Citroën et Peugeot.
Plusieurs millions de ces moteurs et
derivés ont été produits à ce jour.
L’année suivante, la BX adopte un
tout nouveau moteur diesel issu de
la gamme XU essence : le XUD de 1,9
litre développant 65 ch. Il équipe les
BX 19 D et TRD : c’est le début d’une
longue lignée à succes. Une version
GT, équipée d’un moteur XU 1905 cm³
de 105 ch, apparaît en octobre 1984.
Puis au printemps 1985, un break
est commercialisé, tandis qu’une BX
Sport, produite en série limitée, est
présentée. Cette voiture est équipée
d’un moteur de 1905 cm³ alimenté
par deux gros carburateurs double
corps Weber. Il développe 126 ch.
La BX Sport atteint 195 km/h, et son
30
comportement routier est digne
de tous les éloges. Son succes est
d’ailleurs tel, que cette version hors
programme est inscrite au catalogue.
Extérieurement elle se distingue
par une presentation très sportive
comprenant des boucliers
avant spécifiques peints à
la couleur de la carrosserie,
des élargisseurs d’ailes et
une sellerie en velours avec
des motifs à chevrons.
Au millésime 1987 la BX
profite d’un léger restylage
extérieur qui en arrondit les
angles et d’une nouvelle
planche de bord dans
l’esprit “lunule” de Citroën.
La BX Sport disparaît, et
fait place à la BX 19 GTI
qui adopte un moteur XU à injection
électronique de 125 ch. L’option
ABS est proposée. En 1988, la BX
Diesel gagne 19 ch dans une version
diesel Turbo. Le moteur XUD de
1769 cm³ suralimenté développe en
effet 90 ch et permet à la BX Diesel
Turbo d’atteindre 180 km/h en
vitesse maximale. La même année
Citroën cède à la mode médiatique
en proposant trois versions 4x4 de
sa BX réussissant à implanter une
transmission 4 roues motrices sans
réduire le volume du coffre.
1988 voit également la naissance
31
de la plus puissante des BX et du
premier moteur à quatre soupapes
par cylinder produit après guerre
en France. Elaboré à partir du bloc
moteur de 1905 cm³, il développe 160
ch à 6500 tr/mn et la vitesse maximale
de cette BX GTI 16 S
approche les 220 km/h.
Avec la presentation
de la Xantia, la BX
termine sa carrière
en 1994. Très fiable,
confortable, spacieuse
et économique son
success commercial
est incontestable avec
2.315.739 exemplaires
produits. Elle a rempli
sa mission et sans
nul doute possible
contribute à conforter la place de
Citroën au sein du groupe PSA.
Source : Citroën, 80 ans de futur – Roger Guyot et Christophe
Bonnaud – Editions Roger Regis
De BX uit 1992 : het begin van de samenwerking met Bertone
BX
Met het project XB, wil Citroën een
radikale breuk met het verleden
maken. Alhoewel er in 1978
verschillende maquettes gemaakt
worden door de styling dienst
van Citroën zelf, verkiest men de
opdracht toe te vertrouwen aan de
firma Bertone.
En er staat veel op het spel : de BX
moet werkelijk aanslaan bij het grote
publiek, om de onfhankelijke plaats
van Citroën binnen de PSA groep te
vrijwaren. Je mag stellen dat de BX
het eerste kind is van het huwelijk
tussen Peugeot en Citroën, en daarom
moet op een verstandige manier
gebruik worden gemaakt van een
gemeenschappelijke
orgaanbank,
zonder dat het te veel opvalt zoals bij de tweeling 104 coupé en LN.
Wat gemeenschappelijk is tussen
de BX en de toekomstige Peugeot
405 is niet meteen zichtbaar: de
motoren, elementen van de koets,
versnellingsbakken, aandrijving.
Even dit ter zijde : de firma Bertone
toont ook in 1979 een prototype in
opdracht van Volvo ontworpen op
basis van een model 343 : de Volvo
Tundra. In tegenstelling van wat
meestal gedacht wordt, is het niet
de Tundra die de BX heeft beïnvloed,
maar net andersom! Het prototype
Tundra blijft zonder gevolg.
Om de techniek van de BX uit te
proberen, worden er een dertigtal
testwagens gemaakt, op het nieuwe
BX onderstel maar met de koets van
een GS ! In 1980 wordt de styling
van het interieur goedgekeurd, met
een dashboard ook van de firma
Bertone. Wat bij de voorstelling van
het model op het parijse Salon in
september 1982 opvalt, is de enkele
ruitenwisser zoals op de CX en de
Visa, en het dashboard geïnspireerd
door dat van de CX, namelijk met een
rollende snelheidsmeter en satelieten
PRN (pluie, route, nuit) opzij van het
stuurwiel. Mede door het gebruik
32
van kunststof voor de bumpers, de
motorkap en de achterklep blijft
het gewicht laag, en dankzij de Cx
van 0,34 blijft het verbruik laag.
Een kleine vergelijking met de GS :
de assemblagetijd voor een koets
bedroeg slecht 4 uur (tegenover 8 uur
voor een GS) en er waren slechts 2787
laspunten (tegenover 4144 voor de
GSA en 3928 voor de Visa).
De BX werd goed onthaald door
het publiek, en bleef in productie
tot 1994, met een totaal van 2,3
miljoen exemplaren. Dankzij de vele
motorvarianten was er om een BX aan
te kopen, voor elk wat wils. Vooral de
nieuwe diesel en turbodieselmotor
bracht een nieuw kliënteel aan bij
Citroën.
Bron : 60 ans de style et de prototypes Citroën – Roger Guyot et
Christophe Bonnaud – Editions Roger Regis
Revue de presse d´époque
confortablement assis à l´arrière de la Citroën SM, bien
qu´elle soit un véritable coupé-sport : France, amie des
familles ! »
La Diravi est citée comme une trouvaille géniale, et la
hauteur constante est considérée comme un gag avec un
regard amusé et complaisant. Il est fait ensuite mention
d´une consommation d´essence dite économique. Et en
conclusion, le monsieur H.K. qui signe ainsi l´article, nous
dit que 44.000FF ou 32.000 DM ce n´est vraiment pas cher
pour tant de technologie.
Jusque là, j´avais toujours entendu dire que la SM était une
voiture chère et peu spacieuse, consommant beaucoup
qui plus est. Tout d´un coup, je lis tout le contraire. Et je
me suis subitement demandée comment, d´une manière
générale, la voiture avait été perçue par la presse au
moment de sa sortie, et je me suis plus particulièrement
posée la question de savoir si la voiture avait été jugée
différemment d´un pays à l´autre, en fonction peut-être
d´éléments culturels différents.
Je me suis donc mis en tête d´acquérir le plus possible
de magazines d´époques à son sujet, en vue, plus tard,
d´écrire l´article que je vous livre aujourd´hui.
Les choses inhabituelles, incongrues, baroques, bizarres
ou extravagantes ont très tôt exercé sur moi une
fascination sans bornes. En bref, on peut dire que j´ai
toujours admiré ce qui sort de l´ordinaire. C´est donc
tout naturellement qu´à l´époque où j´ai commencé
à penser à l´achat d´une SM, je jubilais à la lecture
d´articles qui vantaient le côté extraterrestre de Sa
Majesté.
Pour n´en citer qu´un, cet article d´octobre 2007, dans
le magazine anglais Car, titre « Vous souvenez-vous de
l´époque des folles voitures françaises ? Rencontrez la plus
dingue de toutes, venue de la planète Citroën ». La photo
principale est accompagnée de ce petit commentaire
amusant : « Les aliens ont atterri. La SM était suffisamment
futuriste pour effrayer des faubourgs entiers, les incitant à se terrer derrière leurs canapés. Mais ils ont manqué une
expérience de conduite qui demeure unique. »
Quelques temps plus tard, en septembre 2008 à la
bourse de Rheinberg – hélas aujourd´hui disparue – je
suis tombée sur mon premier achat en termes d´article
d´époque concernant la SM. Il s´agit de la petite revue
Hobby N°9 du 29-04-1970. En parcourant sur place, dans
les allées de la bourse, le texte que je venais d´acquérir,
j´ai été frappée par certains propos de l´auteur. Sous
une photo bien connue du mannequin au manteau de
fourrure, le commentaire suivant : « Voici comment on est
Je me rappelle avoir encore déniché le jour même chez
un autre marchand une revue hollandaise cette fois :
Autovisie N°11, 13/03/1970 . L´auteur, au contraire de
ses collègues allemands, ne fait que survoler brièvement
l´aspect technique mais n´hésite pas à comparer la SM aux
Bugatti, Delage et Delahaye, rien que ca. La SM est décrite
comme la voiture la plus moderne de son temps, qui
servira longtemps de modèle.
Et puis, j´ai continué au fil du temps et des bourses à
amasser les textes d´époque, si bien que j´ai aujourd´hui
une collection qui occupe quelques classeurs et tiroirs de
commode !
Le total de ces lectures ne m´a pas amenée à tirer de
conclusions positives en réponse à la question que je me
posais : non, il n´y a pas de différence significative d´un
pays à l´autre concernant l´appréciation de la SM au début
des années 70. Pour ce qui concerne en tout cas les pays
dont je peux lire la langue, j´ai trouvé chaque fois aussi
bien des articles enthousiastes que des articles plutôt
froids. J´ai beaucoup souri de lire tout et son contraire
concernant le prix, la finition, l´habitabilité, le confort des
sièges, la place dans le coffre, et j´en passe : beaucoup de
formules extrêmes à tout propos dans un sens ou dans
l´autre, la SM ne laisse pas indifférent, à aucun niveau.
J´avais d´abord pensé vous faire un tableau récapitulatif
des éléments évalués, article par article. Puis je me suis
dit que ce serait rébarbatif. Je fais donc plutôt le choix de
vous livrer quelques extraits choisis parmi les meilleurs ou
les plus rares à dénicher.
33
L´Autojournal N°24 du 3 décembre 1970.
Certainement mon préféré parmi les textes d´époque.
Le ton gouailleur d´André Costa fait de cette lecture un
véritable plaisir, arrache souvent un sourire, tout en étant
un ensemble d´observations concrètes, et tant que faire se
peut lorsqu´il s´agit d´émettre un avis, objectives.
Cet essai est sans aucun doute l´un des plus connus
concernant la SM, certaines phrases comme « ce n´est
certes pas tous les jours qu´un constructeur vous vend à
un prix relativement honnête une révolution à roulettes »
ou encore « cette direction (...) est (...) commandée par un
incroyable petit volant ovale qu´un enfant aurait refusé
sur sa voiture à pédales voilà 10 ans » ont été largement
citées au fil des ans dans de nombreux articles postérieurs
et sont connues de tous les amateurs de SM ou presque.
Pourtant, au-delà de ces fabuleuses trouvailles
d´expression, l´article vaut la peine d´être lu dans son
entier, certains passages moins connus recelant aussi des
indications que je trouve intéressantes. Ainsi, l´histoire
d´un pilote qui se serait aperçu en course sur sol verglacé
que la Diravi durcissait du fait du haut régime de rotation
des roues qui patinent retient l´attention. Je n´irais pas
jusqu´à dire que j´ai envie que ca m´arrive pour voir...mais
presque !
profane et, ce qui ne gâche rien, comportent plusieurs
photos de l´intérieur des usines Citroën au moment du
montage d´une SM.
Si vous tombez dessus à petit prix dans une bourse, il n´y a
pas d´hésitation à avoir !
Auto Moto und Sport N°24, 20/11/1971
Pour celui-ci, la Diravi est bizarre et compte pour un
inconvénient. L´auteur en parle d´ailleurs en long et en
large sur toute une colonne avant de conclure : « Citroën
devrait réfléchir à la difficulté ainsi générée de passer
d´une autre auto à celle-ci – je pense par exemple à la
ménagère qui devrait passer de temps à autre de sa petite
voiture inoffensive à ceci ».
J´hésite entre le sourire narquois et le grincement de
dents...
Style Auto N°31, 1972
Très difficile à dénicher, ce magazine bimestriel italien
est une perle, ne fût-ce que pour la présence en page 15
d´une rarissime publicité pour la firme Heuliez montrant
une des SM Espace.
Je pense que cette publication devait être destinée aux
professionnels du design automobile, ainsi qu´aux écoles
sans doute, tant la vingtaine de pages consacrées à la
SM sont techniques, extrêmement détaillées, truffées
de données et de schémas absolument opaques pour le
Sport Moteur N°217 du 14 janvier 1971 et N°309 du 9
novembre 1972
Pendant la bourse de Rheinberg 2008 qui a vu germer
dans ma tête l´idée de cet article, je me suis également
demandée si j´allais pouvoir trouver aussi un magazine
belge des années septante avec un article sur la SM...Mais
oui ! J´ai trouvé, et ce ne fut pas si difficile que ca : Ebay
et Leboncoin, quelles merveilles de notre époque pour le
collectionneur !
Le N°217 comporte un essai complet. Passages choisis:
“C´est une auto sérieuse, qui en impose (...) Elle est toute
adressée au PDG. Et c´est tellement vrai que déjà Citroën
envisage de sortir une version quatre portes, car bien
souvent le PDG ne désire pas se séparer de son chauffeur.
»
34
Plus loin, dans le texte, on retrouve nos extraterrestres de
départ : « Le tableau de bord se situe à mi-chemin entre le
style avion de grande ligne et soucoupes volantes. »
Et un dernier extrait tiré du N°309 de Sport Moteur me
servira de conclusion :
« Même si Monsieur Ravenel, lors d´une dernière
conférence de presse, pouvait se plaindre de ce que la SM
n´est pas une voiture rentable, il doit en tout cas être très
fier d´avoir mis pareil engin sur le marché ».
Charlotte Sombreffe
Garage Snoeckx BVBA
Bredabaan 196
2170 Merksem.
tel.: 03/ 645 95 13
Fax: 03/ 647 32 52
35
Een DS rit in Thailand.
Waarschijnlijk één van de eerste, zoniet de enige
DS rally georganiseerd van deze tijd. Hij had
plaats in januari 2012, 12 auto’s namen deel met
40 personen aanwezig. Het was een trip van
Bangkok tot Ayutthaya. De meeste deelnemers
waren zeer gelukkig om eindelijk eens samen te
komen.
Een DS eigenaar vanuit Bangkok kreeg het
idee om samen met een professionele event
organiser en nog enkele andere mensen een
Rally te organiseren. Het was de bedoeling om zo
enkele DS eigenaars een kans te geven om elkaar
te ontmoeten en informatie te delen. Het was
een rit van 70 km vanuit Bangkok, verdeeld over
een heel weekend. Het was geen lange rit maar
er werd wel veel aandacht besteed voor een
gemakkelijke route en vele mooie foto uitzichten.
Ze vertrokken op een parking in een achterbuurt van Bangkok, om zo verder weg te
rijden via een stuk motorway! Later kwamen
ze aan in Ayutthaya bij een “chedi”, dat is
Thais voor stupa, een soort toren die lijkt
op een boeddhistische tempel zoals op
de foto. Langs de vele tempels waren er
pauzes ingelast. Er was zelfs een verrassing
voorzien, een olifant die langs kwam vanuit
een nabij gelegen dorp, en die aan enkele
DS ‘sen een speciale slurf carwash gaf. Wanneer
alle DS’sen geparkeerd stonden bij het restaurant,
waren er enkele Franse toeristen die het niet
konden geloven om meer DS’sen samen te zien
dan dat ze in hun eigen land ooit samen zouden
zien. Buiten de regen waren er geen problemen,
iedereen heeft de rit kunnen uit rijden. Er komt
zeker ooit nog een volgende rally maar dan iets
langer!
Pilaert Frederik.
36
Garage Dirk
OOSTERLINCK NV
Zuidleiestraat 2, 9880 Aalter
T: 09 / 374 52 02
F: 09 / 374 59 88
[email protected]
Volledige restauratie met originele onderdelen
Restauration complète avec des pièces d’origine
37
Komt er een nieuwe grote berline, als opvolger van de C6 ?
Op de autoshow van Beijing 2012 heeft men in april
het studiemodel Numéro 9 aan het publiek voorgesteld
- getekend door Ugo Spagnolo van Citroëns
ontwerpafdeling ADN. Een plug-in hybride die qua
vorm het midden houdt tussen een sedan, break en
coupé. De auto lijkt ontworpen met voornamelijk de
Chinese markt in gedachten.
Voor de aandrijflijn kiest Citroën voor hybride
techniek. Een netto 70 pk/200 Nm sterke elektromotor
drijft de achterwielen aan, terwijl de trekkracht op
de voorwielen van een 1,6 liter benzinemotor met
turbo komt. Het 225 pk sterke blok wordt in het
productiemodel ingewisseld voor een dieselblok, al
is de keuze van de verbrandingsmotor afhankelijk
van de markt. De conceptversie is in staat om 50 km
elektrisch te rijden en het laden van het accupakket
kan middels een stekker in het stopcontact. Er kan
ook louter op stroom gereden worden.
Met een lengte van 4,93 meter is de Citroën DS
Numero 9 een fractie langer dan de huidige C6. De
wielbasis is iets groter, net als de breedte. Daarentegen is de hoogte liefst 19 cm lager.
Met de nieuwe DS-variant geeft Citroën aan dat de
DS-familie nog niet compleet is. Niet verwonderlijk,
want de lancering van de DS-types is een enorm succes,
met reeds meer dan tweehonderdduizend verkochte
exemplaren, waarvan de DS3 het leeuwendeel
opeist. Op het salon van Parijs in de herfst wordt een
cabrioletversie van de DS 3 voorgesteld.
9
38
Citroën a spécialement modifié une DS5 hybride pour la cérémonie
d’investiture présidentielle.
Citroën et l’Élysée sont engagés dans une course
contre la montre. La voiture présidentielle devait en
effet être prête dans moins d’une semaine !
«Nous allons encore travailler dur ce week-end pour
réaliser les modifications demandées», confirme la
marque, qui refuse de dire à qui elle a confié ces
opérations. Le Figaro a néanmoins eu connaissance
de quelques détails concernant le véhicule et son
déploiement.
La tâche la plus importante a été la découpe du
toit de la voiture, indispensable pour que le chef
de l’État puisse se lever afin de saluer la foule.
La solution retenue, celle du toit «panoramique»,
implique logiquement la suppression de la console
fixée à l’avant du pavillon entre les passagers
avant. Si tel est le cas, les spécialistes de Citroën
ont dû trouver une alternative technique pour loger
les nombreuses commandes que comporte cette
console caractéristique de la DS5, ainsi que leur
câblage. Une simple toile recouvrira l’ouverture. Un
second véhicule «standard», c’est-à-dire à toit fixe,
pourra être utilisé si les conditions météorologiques
ne permettent pas à François Hollande d’être à
l’extérieur. Dans les deux cas, il s’agit de véhicules
prêtés par la marque aux chevrons.
Pendant que mécaniciens, électriciens et surtout
carrossiers s’activaient pour que la DS5 présidentielle
gris «Galéna» et intérieur cuir fauve soit prête à
l’heure, un véhicule du même type a été confiée aux
services de l’Élysée pour que le ou les chauffeurs
désignés se familiarisent avec la DS5.
fonctionnement. Comportant une
double motorisation, classique (en
l’occurrence un groupe Diesel) et
électrique, elle peut parfaitement rouler
en n’ayant recours qu’à ce dernier
moteur (mode Zéro Émission). La DS5
hybride se meut alors en silence en
n’émettant aucun gaz d’échappement:
François Hollande sera alors le premier
président à rouler exclusivement
«vert» lors de son investiture. Mais,
pour ne faire appel qu’aux bons
soins de la fée électricité, il faut un
minimum d’expérience de la conduite
de la DS5 hybride. Si l’accélérateur
est écrasé trop brutalement, le moteur
thermique se réveille instantanément
pour prendre le relais, surtout si les
batteries qui alimentent le groupe électrique sont en
voie de déchargement.
Celles-ci n’assurent du reste qu’une autonomie de
quelques kilomètres en mode «tout électrique». Il
conviendra de veiller à ce que les accumulateurs,
logés dans le coffre, soient parfaitement rechargés
avant le début de la cérémonie. Autre difficulté, la
voiture roulera avec une charge élevée. Selon le
protocole habituel, outre le président et le chauffeur,
le chef d’état-major des Armées et un garde du corps
prendront place à son bord. Il faudra donc beaucoup
de finesse dans le pilotage de ce véhicule pour qu’il
ne fonctionne qu’à l’électricité d’un bout à l’autre du
parcours.
La DS5 présidentielle est dérivée de la grande série.
Elle n’a rien à voir avec la Citroën SM cabriolet de
Georges Pompidou, François Mitterrand et Jacques
Chirac, ni avec le concept Peugeot 607 Paladine
de Nicolas Sarkozy, qui ont servi lors des mêmes
circonstances. Ses dimensions, enfin, sont plus
modestes que la C6 ou la Vel Satis rallongée et blindée
utilisées quotidiennement par Nicolas Sarkozy.
La DS5 ne mesure que 4,53 m, contre 4,86 m avant
étirement, et 4,91 m pour les grandes Renault et
Citroën. Il n’est pas dit non plus que cette DS5 unique
resservira pour une autre occasion officielle. On ne
sait pas davantage si François Hollande continuera à
rouler en DS5. En tout cas, la gamme DS des chevrons
aura bénéficié d’une prestigieuse publicité.
Cette version hybride exige en effet un pilotage
particulier si on veut tirer la quintessence de son
39
Une DS dans le Métro !
Vous arrive-t-il de voyager en train en Belgique ?
Alors, vous devez connaître « Métro ». Mais
oui voyons, ce petit journal d’informations, mis
gratuitement à disposition des voyageurs chaque jour,
du lundi au vendredi, pour égayer leur trajet.
Et bien dans son numéro 2529 du jeudi 22 mars 2012,
Métro publiait en page 14, dans sa rubrique « On the
road » un article sur le frein à disque. Cet article
présentait l’avantage d’expliquer de façon claire et
simple la composition et le fonctionnement du frein
à disque. Et son auteur n’a pas omis de préciser que
la première voiture à en être équipée, de série, (à
l’avant) était la Citroën DS.
C’est la photo de la DS qui a attiré mon attention
et qui a fait que j’ai lu cet article « technique »
jusqu’au bout ! Je vous le livre ci-dessous.
Myriam
40
J’ai le plaisir de vous informer que la date du 5 juillet a été
choisie pour commémorer chaque année, depuis 2002, l’une
des inventions majeures de la fin du 19è siècle ayant permis
un développement sans commune mesure du siècle passé
par la “JOURNEE MONDIALE DE L’AUTOMOBILE”.
Vecteur de développement technologique, social, culturel,
l’automobile a permis à des générations de jouir du plaisir
de liberté grâce aux multiples possibilités de déplacement
que celle-ci leur a offertes.
Outil de travail, de plaisir, de liberté et de découverte, l’automobile mérite une place de choix dans les grandes évolutions
de l’histoire du génie humain. C’est pourquoi nous espérons
que vous profiterez de cette journée pour mettre en valeur
les mérites de cette innovation marquante en lui rendant
hommage ainsi qu’à tous les métiers qui y sont attachés
par de nombreuses expositions didactiques, conférences et
démonstrations techniques et sportives.
Nous invitons donc les marques, associations, professionnels
et amoureux de l’automobile à faire dorénavant de cette
journée une réussite pédagogique,didactique et ludique.
Je demande donc de transmettre ces informations au plus
grand nombre de gens dans votre entourage professionnel
et amical.
Frédéric Taburiaux.
GM sluit alliantie met Peugeot-Citroën
De Amerikaanse autogroep General Motors en PSA PeugeotCitroën sluiten een wereldwijde strategische alliantie. GM
neemt ook een belang van 7% in het kapitaal van PSA.
Zoals verwacht hebben topman Dan Akerson van GM en
voorzitter Philippe Varin van PSA (boven) vanavond een
strategische alliantie aangekondigd. Het kapitaal van PSA
Peugeot-Citroën wordt met 1 miljard euro opgetrokken en
General Motors neemt een belang van 7% in de PSA groep.
Daardoor wordt GM na de familie van oprichter Peugeot de
tweede aandeelhouder van PSA.
Bovendien gaan beide groepen nu samen onderdelen
aankopen waardoor ze de prijs gevoelig kunnen doen
dalen. Tegelijk gaan ze samen platformen ontwikkelen. De
samenwerking is vooral gericht op kleine en middelgrote
auto’s. GM en PSA zullen hun producten evenwel apart op
de markt blijven brengen.
Hoe dan ook ontstaat een nieuwe transatlantische autoalliantie, gericht op kostenbesparingen. Dat komt beiden
goed uit, want Peugeot-Citroën heeft vorig jaar een
verlies geleden. Voor GM is de alliantie een bekroning van
de wederopstanding. In 2008 moest de groep van het
41
faillissement gered worden door de Amerikaanse overheid,
maar nadien is die teruggekeerd naar de beurs en vorig jaar
boekte GM een recordwinst. De europese filialen Opel en
Vauxhall evenwel realiseerden een verlies van 700 miljoen
euro.
Nieuwe leden - Nouveau membres
848 N
849 N
850 F
851 N
852 N
NEIRINCK Ronny
LEFEVRE Christian
FAIDHERBE Louis
BUYLE Johan
SCHUERMANS Frank
Zuienkerke
Antwerpen
Mons
Wilrijk
Gent
Welkom in de club! - Soyez les bienvenus au club !
De nieuwe C4 Aircross volgt de C-Crosser op
Bij de marktintroductie is de C4 Aircross beschikbaar
als tweewiel- of vierwielaandrijver. Noemenswaardig
is de aandrijflijn waarbij met een schakelaar achter
de versnellingspook de bestuurder kan kiezen uit drie
verschillende manieren van rijden. Om brandstof
te besparen kan de bestuurder kiezen voor alleen
voorwielaandrijving (2WD). Een andere stand is de
4WD-instelling waarbij het koppel automatisch wordt
verdeeld tussen voor- en achterwielen. In de zwaarste
omstandigheden kan maximaal 50 procent van het
vermogen op de achterwielen worden overgebracht.
Dan rest nog de ‘Lock’-stand: deze is bedoeld voor
zware omstandigheden. Er wordt het koppel exact
gelijkmatig verdeeld over voor- en achterwielen.
Eén benzine, twee diesels
De C4 Aircross komt op de markt met drie motoren.
De 1,6 liter HDi 115 levert 115 pk en 270 Nm
koppel (280 Nm tijdelijk met overboost). Indien
gekoppeld aan een manuele zesbak in combinatie
met voorwielaandrijving stoot de Citroën 119 gr/km
CO 2uit. Bij vierwielaandrijving is dat 129 gr/km CO 2.
De sterkste dieselvariant is de HDi 150 met 150 pk
en 300 Nm koppel. Ook deze is leverbaar met 4WD.
Benzinerijders kiezen de 1.6i 115 met (inderdaad) 115
pk. Deze stoot gekoppeld aan een handgeschakelde
vijfbak 135 gr/km CO 2 uit. Bij deze motorisering
worden alleen de voorwielen aangedreven. Een StopStartsyteem is op alle motoren beschikbaar.
ICCCR Nieuws
Nouvelles de ICCCR
• Op 11 mei waren er reeds 1.371 voertuigen ingeschreven, en 2.757 deelnemers.
• Le 11 mai, il y avaient déjà 1.371 véhicules inscrits, et 2.757 participants.
•
•
•
•
De deelname voor een voertuig met chauffeur
bedraagt nu £100 ; wie niet op voorhand is
ingeschreven, zal na 1 augustus £120 moeten
betalen, en £ 10 per bijkomende volwassen
passagier.
Het Museum krijgt vaste vorm, met zowel auto’s
die door het Conservatoire zullen uitgeleend
worden, als typische engelse Slough-built
exemplaren.
Voor vermaak wordt voldoende gezorgd, met
muziek op twee podia, met als afsluiter zondag het wereldberoemde Ukelele Orchestra of
Great Britain.
La participation pour une voiture, chauffeur y compris, s’élève à £100 ; ceux qui ne seront pas inscrits, devront payer £120 après le 1er août, et £10 par passager adulte.
• Le Musée prend forme, avec aussi bien des voitures prêtées par le Conservatoire que des anglaises typiques montées à Slough.
• On n’oubliera non plus de vous occuper/amuser, avec des concerts sur deux podia, pour clôturer le fameux Ukelele Orchestra of Great Britain.
Inschrijvingen en inlichtingen op
Inscriptions et renseignements sur
www.icccr2012.org.uk
www.icccr2012.org.uk
42
15 ième ICCCR à Harrogate, dans le
YORKSHIRE Du 9 au 12 août 2012
15 de ICCCR in Harrogate, YORKSHIRE
Van 9 tot 12 augustus 2012
• nieuw tarief : tot 1 april kost de wagen + chauffeur 80
• nouveau tarif : jusqu’au 1er avril, la voiture + chauffeur
• je kan inschrijven via de website of op de beurzen
• inscriptions possibles par le site ou aux bourses
• tot 31 mei geldt de annulatieregeling met terugbetaling
• l’annulation + remboursement reste possible jusqu’au
pond (93 €), een bijkomende passagier ouder dan 16 jaar,
blijft 10 pond (12 €)
CitroMobiel in Haarlemmermeer op 5 en 6 mei, of
RétroExpo in Ciney op 26, 27 en 28 mei
• boeken voor de overtocht naar Engeland bij P&O Ferries.
• Opgelet : enkel via de website van de ICCCR bekom je
10 % korting op het gewone tarief.
Ga naar www.icccr2012.org.uk , klik op de engelse vlag
en zoek FAQ (frequently asked questions).
Daarin Transportation questions – getting to the event –
ferries & the tunnel
Dan zijn er twee mogelijkheden :
>> I’m travelling from France … via Calais-Dover ..
click here
>> I’m travelling from Northern Europe …
via Zeebrugge-Hull … click here
coûte 80 livres (93 €), un passager ayant plus de 16 ans,
reste 10 livres (12 €)
CitroMobiel à Haarlemmermeer les 5 et 6 mai, ou
RétroExpo à Ciney les 26, 27 et 28 mai
31 mai
• réservation de la traversée en bateau chez P&O Ferries.
• Attention : obtention d’une réduction de 10 % sur le tarif
normal, uniquement par le site de l’ICCCR
Surfe vers www.icccr2012.org.uk , clique sur le drapeau
français et cherche FAQ (frequently asked questions).
Ensuite Questions concernant le transport– comment arriver
au rallye – ferries & tunnel
Là il y a deux possibilités :
>> je viens de France … par Calais-Dover ...
cliquez ici
>> je viens de l’Europe du nord … par Zeebrugge-Hull … cliquez ici
43
Te koop / A vendre
A VENDRE :
GEZOCHT
Wrak of koets van DS BREAK van na 71 met platte
klinken - de bodem mag rot zijn, hoeft geen motor,
interieur of carrosseriestukken te hebben. Alleen de
“coque” is voldoende.
Info : Eddy WUYTS 0498 245 785
A VENDRE :
1.
Citroën HY de 1972 équipé chassis allongé et mobilhome.
a. Châssis : très sain
b. Carrosserie : présentable et facilement reconditionnable
c. Pneus : très bons
d. Moteur : très bon 1,6
e. Pièces : pompe à essence, maître cylindre
de frein, habillage siège
2.
Citroën CX 25GTI de 1985
a. Châssis : très sain
b. Carrosserie : coin pare-chocs droit et aile AVD à remplacer. Gris bleu
c. Pneus : très bons
d. Moteur : excellent, embrayage et
alternateur neufs
e. Garnissage : intérieur GTI et cuir noir TBE
f. Entretien : 167000 km avec dossier garage
3.
Citroën XM 3,0 V6 Pullman de 1993
a. Chassis : très sain
b. Carosserie : superbe, Gris foncé
c. Pneus : très bons
d. Moteur : excellent
e. Garnissage : velours état neuf
f. Full option, AC à revoir
g. Entretien : 150.000 km avec dossier
garage complet
ID 19 B 1968 très fiable, de seconde main, avec
140.000 km authentiques. Couleur gris nocturne,
intérieur vieil or. Châssis sain, bel intérieur
(tissu du ciel à remplacer). Carrosserie présentable, sauf
rouille au bas des portières, ne posant pas de problème
pour le contrôle technique.
Nouvelle batterie et nouveau démarreur.
Prix demandé : 7.500 €.
TE KOOP :
Zeer betrouwbare ID 19 B van tweede eigenaar,
140.000 originele kilometers. Kleur Gris Nocturne,
interieur Vieil Or. Gezond chassis, mooi interieur
(de hemelbekleding moet vervangen worden).
Koetswerk ziet er goed uit, echter roest aan de
onderkant van de deuren (geen probleem voor
de technische keuring). Nieuwe batterij en starter.
Vraagprijs : 7.500 €.
Roelandt Marc – 02/269.86.48 – 0472/903.908 [email protected]
TE KOOP :
SM injectie, kleur Bleu Delta met zwart lederen
interieur en grijze tapijten. Airco en nieuwe Luminition
ontsteking, 4 goede Avon CR28 banden.
Koetswerk in perfecte staat, en mechaniek steeds strikt
onderhouden.
Prijs : 32.000 € - Bel naar Duncan Hall (in het engels) op
0497/575.811
Jean-Marc Ancion 061/50.30.93 ou 0475/52.78.46
A VENDRE :
SM injection, couleur Bleu Delta avec intérieur en cuir
noir et tapis gris. Climatisation et nouvel allumage
Luminition, 4 bons pneus Avon CR28.
Carrosserie en état parfait, mécanique rigoureusement
entretenue.
Prix : 32.000 € - Appelez Duncan Hall (en anglais)
au 0497/575.811
44
Kalender 2011 Calendrier
onder voorbehoud van wijzigingen ! - sous réserve de modifications éventuelles !
• 3 juin : sortie dans le Pajottenland (Marc R.)
• 9, 10, 11 et 12 août : ICCCR en Angleterre
• 19 août : Rétrofolies à Spa
• 16 septembre : balade de Dinant à Maredsous (Myriam et Luc)
• 7 octobre : sortie des Moules à Terneuzen (Marc St.)
• 17 novembre : Assemblée générale des membres à Asse
• 3 juni : rit in het Pajottenland (Marc R.)
• 9, 10, 11 en 12 augustus : ICCCR in Engeland
• 19 augustus : Rétrofolies in Spa
• 16 september : rit van Dinant naar Maredsous (Myriam en Luc)
• 7 oktober : Mosselrit naar Terneuzen (Marc St.)
• 17 november : Algemene Ledenvergadering in Asse
De originele Citroën DS door Jan de Lange en John Reynolds De Originele Citroën DS par Jan de Lange en John Reynolds Een compleet overzicht van de evolutie van de Citroën DS. Alle produktiemodellen van 1955 tot en met
1975 worden tot in detail beschreven. Meer dan 200
speciaal voor dit boek gemaakte kleurenfoto’s tonen
het koetswerk, het interieur en het mechaniek.
Niet alleen identificatie en productiegegevens van
Franse modellen, maar ook van elders geassembleerde varianten.
Bevat de antwoorden op de vragen
die liefhebbers en kenners al jaren
tevergeefs stellen.
Ce livre en néerlandais vous donne un aperçu complet de l’évolution de la Citroën DS, tous les modèles
de 1955 à 1975 sont décrits en détail.
Avec plus de 200 photos en couleur réalisées pour ce
livre, et vous donnant les details de la carrosserie, de
l’intérieur et de la mécanique.
Indispensable pour ceux qui envisagent la restauration complète à l’origine.
La réédition de cet ouvrage de
1996, est en vente dans notre
clubshop pour 40 €.
N’est pas vendu dans le commerce !
De herdruk van dit schitterende boek
uit 1996, is nu in onze clubshop te
koop voor 40 €.
Niet in de boekhandel te verkrijgen !
Contact : Annie Verstraete
tel. 03/475.25.32
[email protected]
45
46
DS enquête
2012
J’ai publié dans le centième numéro du Citroglycerine
un aperçu du parc de voitures de notre Club sur base
de données obtenues lors des inscriptions. Certaines
informations datent donc d’il y a 25 ans !
In het 100 ste nummer van de Citroglycerine publiceerde
ik een overzicht van het wagenpark van de DS/SM
Club Belgium op basis van de inschrijvingsformulieren.
Sommige gegevens dateren dus van 25 jaar geleden !
Il me parait donc logique de faire une mise à jour afin
d’avoir un aperçu réel des Citroën au sein du DS/SM
Club Belgium. Vous trouverez dans l’enveloppe du
Citroglycerine un formulaire pré-imprimé avec vos
données personnelles et mes données de votre (vos) DS
ou SM. Je vous demande de contrôler votre fiche, de faire
des corrections si nécessaire ou de le compléter. Merci
de bien vouloir envoyer cette fiche par courrier postal
(Vincent De Potter, Oude Houtlei 142, 9000 Gent) ou par
mail (scan) à [email protected].
Het lijkt dus logisch dat een update zich opdringt zodat
men een realistisch zicht krijgt van de huidige Citroëns in
onze Club. U vindt bij deze Citroglycerine een gedeeltelijk
ingevuld formulier met uw persoonlijke gegevens in
ons bezit. Ik vraag u deze informatie te controleren, te
verbeteren indien nodig of eventueel aan te vullen. Graag
ontving ik deze terug per post (Vincent De Potter, Oude
Houtlei 142, 9000 Gent) of per mail (gescand) naar
[email protected]
Après avoir reçu toutes les informations je vous concoterai
un article dans un des prochains Citroglycerine.
Merci de consacrer quelques minutes à cette enquête.
Na verwerking van al de gegevens zal ik een
geactualiseerd overzicht publiceren in één van de volgende
Citroglycerines.
Dank om de nodige aandacht aan deze enquête te besteden.
Tot binnenkort,
A bientôt,
Vincent De Potter
Vincent De Potter
47